Je zou denken zo'n teamsprint kan prima ingedeeld worden na een 3000 meter, maar als er allemaal 3000 meter-schaatsters meedoen slaat het eigenlijk weer nergens op.
Met zulke zwakke tijden voortkomend uit slechte omstandigheden die onvergelijkbaar zijn met Thialf zijn wereldbekerwedstrijden verworden tot niet meer dan oefenwedstrijdjes. Mijn gevoel is dat veel Nederlandse schaatsers liever niet hier in Azië waren geweest. Vanuit een soort startplicht zijn ze hier, sprokkelen van wereldbekerpunten. Een groot verschil met bijvoorbeeld het skiën waar wereldbeker(klassementen) op grote waarde worden geschat.
Het zegt nog wel iets, het is echt niet helemaal weg. De Olympische Spelen waren bijvoorbeeld net zo snel als Heerenveen. Het is wel steeds minder waard ja, en het verschil tussen de snelste wereldbekertijd buiten Heerenveen en het WR laagland wordt steeds groter, maar je kunt er nog wel zeker wat mee.
Het is natuurlijk ook niet echt een sprintonderdeel. Zeker bij de dames, waar bijna alle 3 kilometertoppers ook een A-groep 1000 meter kunnen rijden. Het is op elk vlak gewoon een heel slecht doordacht onderdeel, waar ze maar mee door blijven gaan omdat ze hun fout niet willen toegeven.
Je kon hem al invullen voor de NL dames. Mooi dat Rijpma-de Jong nu een keer het verschil maakt op een team onderdeel door last minute in te vallen.
Een doodeenvoudige overwinning met een volledig bijeengeraapt team geeft het failliet van de Team Sprint wel symbolisch weer. Leuk voor Drost dat ze een gouden medaille overhoudt aan deze reis. Zou eigenlijk na het WCKT stoppen met schaatsen, maar haar carrière heeft een onverwachte twist gekregen.
Dat ligt er denk ik aan hoe je sport beleeft. Naar mijn idee is de essentie van topsport toch vooral om je concurrenten te kloppen en proberen wedstrijden te winnen of zo hoog mogelijk in de uitslag te komen. Als het doel is om uitsluitend zo snel mogelijk te rijden dan kan je net zo goed een appartementje kopen in SLC en daar wekelijks de time trials rijden.
Als baanrecords buiten bereik zijn door consequent slechtere ijsomstandigheden dan haalt dat een stukje plezier weg. Het geeft schaatsers ook geen houvast voor hun niveau. Rijden op verschillende type banen lijkt mij niet zo'n probleem. Een wereldbeker in Collalbo of Baselga kan ook heel leuk zijn.
Dit blijft het risico van blind voor de massasprint rijden. Sprints zijn onzeker. Dit laat het belang van een combinatie met een aanvallende tweede man zien. Daar heeft Bosker te weinig punch voor.
Precies dit inderdaad. Doet me terugdenken aan dit artikel: www.schaatsen.nl/nieuws/2023/augustus/mass-start-in-trek-dromen-van-wk-goud-of-volle-bak-knechten/%3famp=1 Bosker heeft zich in de zomer geprofileerd als 'de knecht'. De enige man die onzelfzuchtig wil knechten in de massa-start. Erg nobel natuurlijk, maar waar Bosker het zelf als voordeel bestempelde lijkt het me toch eerder een nadeel. Bij een ontsnapte kopgroep gaat iedereen nu lekker naar Bosker kijken in het peloton. 'Jij bent toch de knecht? Ga je gang en rijdt het gat maar dicht dan.' Het ideale scenario is toch als je twee rijders hebt met wapens om zelf te kunnen winnen, maar ook bereid zijn om in dienst te rijden als de situatie daar om vraagt.
Verder was de positionering van Hoolwerf niet best vandaag. Zat te ver achterin. Onnodig denk ik, want hij kan er best op vertrouwen dat hij een lange sprint ook wel aan kan. Nu leek hij echt te wachten op de laatste 200 á 300 meter, maar toen was het al te laat en ging hij nog bijna onderuit.
Ik vond het vooral tactisch dom om bij die eerste sprint niet het gat dicht te poefen. Dan zit hij mee in de aanval en moeten de anderen van het peloton het gat dichtrijden. Nu doet hij het halfslachtig en moet dan zelf ronden lang in een volle inspanning waardoor hij ook geen rol meer heeft in het aantrekken van de eindsprint.
https://www.nrk.no/sport/skoytelopa...fortel-om-to-ar-med-eteforstyrring-1.16636523 If someone is wondering why Sofie Haugen is not participating in Beijing, it is because she suffers from eating disorder. This came out in the news today.
In 2007 was er nog één wereldbeker in Turijn op de Olympische baan voordat die definitief dicht ging. De winnende tijd was daar 4.03 en er reden 11 vrouwen onder de 4.10. Vandaag was de winnende tijd in de A-groep ook 4.03 en reden er 6 vrouwen onder de 4.10. Samen met die vier uit de B-groep (waaronder Groenewoud met 3.59) kom je dus uit op 10 vrouwen onder de 4.10. Minder dus dan in 2007. Verder was alleen Nuis sneller dan Fabris destijds en reed helemaal niemand sneller in Beijing dan Ireen Wüst toen deed op de 1500m. Vier mannen waren dit weekend sneller dan de 6.18 van Sven Kramer toen. Nu snap ik dat je je kan afvragen hoe belangrijk snelle tijden zijn als de omstandigheden maar gelijk zijn, maar ik vind toch dat je wel mag verwachten dat er anno 2023 sneller wordt gereden op een moderne Olympische baan dan in 2007. Tegenwoordig zijn er betere ijzers, betere pakken, andere trainingsmethoden en is er (hopelijk) meer kennis over voeding, trainigsschema's en pieken. En desondanks gebeurt dat niet. En daarnaast kun je je natuurlijk afvragen hoe gelijk de omstandigheden zijn: zowel in Obihiro als in Beijing was een gemiddeld interview met Kai Verbij al langer dan de dweilpauze, en op de 1000m in Obihiro leek het er echt op dat Yamada voordeel had van het niet dweilen. In Beijing ging het in de B-groep soms opvallend hard t.o.v. de A-groep - ook op de 1000m mannen, waar Snel bijna net zo hard rijdt als Ning. Schouten reed niet goed, maar het kan inderdaad zo zijn dat er te veel water op het ijs is gelegd waardoor het ijs zacht wordt. Volgens de ISU-site was de ijstemperatuur constant -10,3ºC, maar ik heb hier al eerder onderzoek naar gedaan naar dat soort waarden en ik ben er vrij zeker van dat die gegevens heel vaak niet kloppen. Je zou verwachten dat je een sterke correlatie kan krijgen tussen ijstemperatuur en tijden, luchttemperatuur en tijden, enz. maar dat is niet zo.
Eens. Hoolwerf heeft het vermogen om al voor de laatste 500m de sprint aan te gaan. Zeker in deze vorm. Ik heb liever ook dat hij het daarop waagt, want dit is al de tweede week op rij dat hij worstelt met de laatste bocht en zijn positionering. Het lukt hem zelden om in de axis in totale balans te blijven en steeds moet hij dat met zijn rechte einden moet corrigeren. Dat ie bijvoorbeeld vorige week nog won met zo'n rampzalige laatste bocht is miraculeus. Dan beter zelf het initiatief nemen bij het aangaan van de sprint en daarmee de vrijheid pakken om een lijn te kiezen bij het aansnijden van de bochten. Dan kan hij tenminste ook optimaal aan het einde van de bocht uitversnellen zonder zich druk te maken om het gedrang. Knappe schaatser die op het rechte eind dan nog over hem heen komt. Enfin, ere wie ere toekomt. Mooie coup van Italië!
Dat maakte op mij ook een halfslachtige indruk, maar ik had tegelijk het idee dat het Bosker eenvoudigweg niet ging lukken om in één keer in het wiel te komen van Rhijnen. Hij leek het aanvankelijk wel te proberen, maar hinkte mogelijk op de gedachte dat als hij dit zou doorzetten, dat hij dan nog weinig voor Hoolwerf zou kunnen betekenen. Bosker heeft eenvoudigweg niet de punch die Bergsma, maar bijvoorbeeld ook Snellink (even vooruitdenkend aan Milaan 2026), hebben om in één klap een gat dicht te poefen. Zo'n knecht/kopman rolverdeling als deze maakt je als land ontzettend kwetsbaar en je ziet dat alle sprintlanden het nu al heerlijk vinden dat Bosker lekker op kop gaat rijden. En dat voordeeltje nu al keihard tegen Nederland weten uit te spelen. De meest zekere manier om te winnen is door solo over de streep te komen. Er moet gewoon een rasaanvaller bij. Op dit moment past eigenlijk alleen Bergsma in die rol, maar je zou als Ritsma zijnde ook kunnen overwegen om Harm Visser naast Hoolwerf te zetten. Eigenlijk een sprinter, maar hij heeft wel een motor. Wellicht zou hij met zijn explosiviteit ook in een aanvallende rol kunnen excelleren. Zeker naast een snelle man als Hoolwerf. Het niveau bij de dames is in de breedte te laag voor een goede vergelijking, maar ik denk dat er ook voor de heren lessen te leren zijn uit de vele tactieken die Schouten/Groenewoud wekelijks laten zien. Ik zou Harm in ieder geval eens een limiettijd laten rijden.
Dat verschil waarmee Nuis de 1000m won is immens groot, maar niet het grootste verschil ooit. Sinds 2000 was het verschil vier keer groter. In Oslo in 2002 won Søndrål met 1,06 seconde verschil van Ireland en in Innsbruck eind 1999 won Bos met datzelfde verschil van de Duitser Künzel. In Salt Lake City won Davis met 0,97 seconde voosprong op Wennemars toen hij het WR van 1.07,03 reed. Ook in Salt Lake Cty was een monsterzege van Wennemars, die toen 1.07,33 reed, 0,96 vóór Wotherspoon. Daarachter komt Kjeld Nuis met zijn 0,88 op Lorentzen. Het grootste verschil in een WB sinds 2005 dus. Wel was het verschil bij sommige andere wedstrijden nog groter. Kulizhnikov won bij het WK afstanden 2020 met een ongekende voorsprong van 1,04 op Nuis: 1.05,69 om 1.06,73. Wennemars won op het WK sprint van 2004 de eerste 1000m met 0,91 voorsprong. Nuis zelf haalde de 0,88 nog nooit, maar dat op de tweede 1000m van het WK sprint 2019 wel 0,82 voor Kulizhnikov. Ook Krol (2e 1000m EK sprint 2019 Collalbo) en opnieuw Wennemars (Wk afstanden 2003) tikten de acht tienden verschil na 2000 nog eens aan. Voor 2000 heb de wereldbekers en het WK sprint niet meer gecheckt. Wel de Olympische Spelen: In 1976 won Mueller met ruim een seconde voor Didriksen en de grote Eric Heiden versloeg in 1980 de rest met anderhalve seconde verschil op de nummer twee.