Statistieken en Grafieken

Wat fijn dat de naam van "de Mart" hier nog eens geheiligd wordt. 's Mans unieke grootsheid kan niet vaak genoeg benadrukt worden. Met of zonder knipoog. Over Andre Hoffmann mag nog wel gezegd worden dat hij een paar maanden voor dat verrassende Goud ook al wel de eerste twee WB wedstrijden op de 1500 meter won. Nu was de WB destijds niet altijd even sterk bezet, maar helemaal compleet uit de lucht kwam hij ook weer niet vallen. Wel werd hij bij de WB die een paar maanden in Calgary werd verreden "slechts" 5e, al zat ie daar ook niet ver van het brons. Op de 1000 meter was hij dat weekend ook al 4e. In dat eerste grote weekend in Calgary sneuvelden op de 6 afstanden naast 4 wereldrecords ook 65 Nationale records. Dat was vast ook uniek. En nu ga ik die video nog eens bekijken. Eens kijken welk commentaar er bij klinkt. Kom er maar in Heinze en Mart!
 
Er was voor zover mij bekend, twee keer iemand die precies gelijk aan het wereldrecord reed:
1. Igor Zhelezovsky op de 1000m met 1:12.58 uit februari 1989 in Heerenveen, gelijk met de tijd van Pavel Pegov uit maart 1983 op Medeo. De 1:12.05 van Nicky Thometz uit april 1987 op Medeo telde niet.
2. Erben Wennemars op de 1500m met 1:42.32 uit november 2007 in SLC, gelijk met de tijd van Shani Davis uit maart 2007 in Calgary.

Er was ooit iemand die op 0.01 seconde van het wereldrecord kwam op een afstand. Huiskamervraag wie was dat? Het is een dame, eind jaren 90.

Het is Annamarie Thomas op de 1500m, in februari 1999 reed ze in Hamar 1:56.96, net boven het WR van Anni Friesinger uit maart 1998 in Calgary.
 
Jaa Leuk, die video! Prachtig tijdsdocument. Fascinerend hoe Mart Smeets alleen maar bezig is met Zijn Hein en het Heinze Bakker is die moet constateren dat Flaim op het WR schema van Zjelezovski zit. Mogelijk nog fascinerender is dat ze bij de race van Hoffmann na zijn geweldige doorkomst op de 700 meter al alluderen op 'het feit' dat hij wel moet gaan instorten. Maar Hoffmann heeft na een wankeling in de laatste buitenbocht nog een heerlijke kruising met Klimov, zet nog eens vol aan en knokt zich naar het Goud. Ook fascinerend om te horen dat Vergeer rustig wilde beginnen. Met de wetenschap van nu is dat als allrounder op snel ijs tegen mannen met 1000 meter bloed natuurlijk niet meteen het beste aanvalsplan. 24.4, 28.1, 29.0 en 30.3 was ook een prima schema van Hoffmann. Typisch voorbeeld ook van een 1500 meter waarop de kracht van de tegenstander van grote invloed kan zijn. Hoffmann kon nog naar Klimov toerijden waar Flaim werkelijk niets had aan Vergeer.
 
Zou een interessante duik in de ISU/KNSB archieven zijn om de precieze regels destijds te achterhalen. Er waren in elk geval maximum quota per land per afstand, 4 voor de 1500m. Ik weet niet of dat o.b.v. vrije inschrijving via het nationale Olympisch committee ging of dat landen die max. 4 spots ook moesten verdienen door goede resultaten op WK of World Cup. Limiettijden waren bij atletiek al sinds 1960 in gebruik, geen idee wanneer dat bij schaatsen is ingevoerd.

En inderdaad, Nederland vulde lang niet altijd de quota in. Het was b.v. wel raar om Kemkers/Visser niet de 1500m te laten rijden terwijl ze toch al in Calgary waren.

Bij EKs en WKs was het gebruikelijk dat elk land 1 deelnemer mocht inschrijven plus het aantal schaatsers van de eerste 20 van het klassement van het jaar daarvoor. Met een maximum vaan eerst 5, later 4. Bij de Olympische Spelen waren echter geen regels, alleen maxima per land (4 op de korte afstanden en 3 op de lange) en volgens mij ook een maximaal atleten (10 per geslacht). Dus een 10 kilometer met 32 deelnemers.
Maar 1988 was wel het jaar van Eddy the Eagle, een Engelse schansspringer die dat echt niet kon. De Britten stuurden gewoon alle nationale kampioenen, dus hij mocht ook mee. En haalde daar meer publiciteit dan de uiteindelijke winnaar.

Vanaf toen is het IOC wel meer gaan letten op kwaliteit. Bij het schaatsen hadden we in 1989 nog een Rotterdamse student die voor Griekenland het EK reed en na een 5000 meter boven de 9 minuten vriendelijk doch dringend verzocht werd niet meer te starten. Vanaf toen zijn er bij het schaatsen limieten ingesteld.

In de jaren daarna werd het totale veld gemaximeerd en zijn er steeds gedetailleerdere kwalificatieregels ingevoerd.
 
Kemkers reed inderdaad na Karlstad. Een andere reden dat ik maar tot 97/98 terug ben gegaan is dat mijn WR progressies niet per se de officiele wereldrecords aanhouden, maar de wereldsnelste tijden. Zo tel ik de 1:44.45 van Wennemars vlak voor de OS 2002 gewoon als wereldrecord, en ook zijn 1:49.89 uit juli 1997 als eerste man onder de 1:50, en we hebben er nu voor het eerst sinds 2002 weer een met de 12:26.30 van Ghiotto.

Vroeger gebeurde dat veel vaker, en ten tijde van die 14:04.04 had Malkov al 13:54.81 gereden in Medeo in 1983. Dat soort situaties maken het allemaal een beetje onduidelijk. Ik ga ervan uit dat Malkov gewoon aan de start stond en gewoon 25 rondes heeft gereden op de normale manier, dus waarom zou je het niet tellen? Dat de ISU het niet officieel erkent snap ik, maar het voelt voor mij een beetje raar om iemand een wereldrecord te geven terwijl iemand anders al sneller was en alleen het wereldrecord niet kreeg omdat er niet de juiste scheidsrechter aan de start stond ofzo. Bij Ghiotto waren het de officials en dopingtest die niet in orde waren. Als dat wel in orde was had het niets veranderd aan zijn race, dus persoonlijk erken ik het gewoon (ondanks de kwartetstart, maar dat is ook voor de ISU geen probleem).

Dus volgens de officiele wereldrecords zat Kemkers er inderdaad heel dicht op en dat heb je mooi gevonden, maar er was al wel iemand ruim 9 seconden sneller.

ja, die merkwaardige Medeo tijden, waaronder ook de 3K van 3.56,65 uit 1977 van Martsjoek (geen koekebakker want Europees kampioen 1978). Duurde tot 1992 voordat Thomas Bos daaronder reed.
 
24.4, 28.1, 29.0 en 30.3 was ook een prima schema van Hoffmann. Typisch voorbeeld ook van een 1500 meter waarop de kracht van de tegenstander van grote invloed kan zijn. Hoffmann kon nog naar Klimov toerijden waar Flaim werkelijk niets had aan Vergeer.

Het WR van Guljajev met 24.2 - 27.6 - 29.3 - 31.6 = 1.52.70 was ook zeer gewaagd qua start. Ik herinner me nog een interview met Guljajev na afloop waarin hij aankondigde in Calgary dat WR te willen “kraken” door onder de 1.50 te duiken. Iets te ambitieus maar toonde wel hoe agressief hij die afstand benaderde.
 
Er was voor zover mij bekend, twee keer iemand die precies gelijk aan het wereldrecord reed:
1. Igor Zhelezovsky op de 1000m met 1:12.58 uit februari 1989 in Heerenveen, gelijk met de tijd van Pavel Pegov uit maart 1983 op Medeo. De 1:12.05 van Nicky Thometz uit april 1987 op Medeo telde niet.
2. Erben Wennemars op de 1500m met 1:42.32 uit november 2007 in SLC, gelijk met de tijd van Shani Davis uit maart 2007 in Calgary.

Er was ooit iemand die op 0.01 seconde van het wereldrecord kwam op een afstand. Huiskamervraag wie was dat? Het is een dame, eind jaren 90.

Het is Annamarie Thomas op de 1500m, in februari 1999 reed ze in Hamar 1:56.96, net boven het WR van Anni Friesinger uit maart 1998 in Calgary.


En een heer eind jaren tachtig, tov van zijn eigen record.

Natuurlijk de geweldige Uwe-Jens Mey. Wk sprint in 1989 waar hij met 36,46 net boven zijn 36,45 van een jaar eerder blijft.
 
Wat ik me er nog van kan herinneren was dat Kemkers en Visser min of meer uit protest die 1500 niet reden. Het protest ging om het feit dat een aantal jonge Nederlandse schaatsers (Arie Loef en Anne Jan Portijk met name) die dat seizoen doorbraken niet mee mochten naar de spelen. Portijk was dat seizoen eigenlijk al de beste Nederlander op de 1500.

Dat was een gelegenheidsargument. Dat ze (in geval van Visser toen nog wel) kansloos waren en een dag later de 10 km reden, waar ze wel een flinke kans op een plek hadden, was veel belangrijker.

edit: Ik heb dit argument trouwens niet eerder gehoord. Zou zomaar kunnen, maar niet over Arie Loef. Zijn uitslagen kwamen in 1988 nog niet in de buurt van deelname aan de spelen. Portijk was wel een hele discussie.
 
Laatst bewerkt:
Geïnspireerd door de "Dat kan gewoon niet" races wil ik hier in dit topic toch nog even de aandacht vestigen op wat in mijn ogen de meest waanzinnige prestatie in het "moderne" schaatsen mag worden genoemd. Voor degenen die het misschien niet weten. Eric Heiden werd, voordat hij bij die legendarische Olympische Spelen in 1980 liefst 5 keer Goud won, ook al drie jaar op rij zowel wereldkampioen sprint als allround. Ik leefde toen al wel, maar heb er niets van meegekregen. Ik weet niet meer wanneer ik voor het eerst op papier of een scherm zag hoe Eric Heiden het WK Allround van 1979 in Oslo won, maar bij het zien van de cijfers viel mijn mond destijds echt open. Kijk gerust even mee naar wat hij daar in dat weekend reed. En vooral ook naar het verschil met de nummers 2 en 3.

500
1. Eric Heiden 38.22
2. Jan-Egil Storholt 39.03
3. Young-Ha Lee 39.12

5000
1. Eric Heiden 6.59.15
2. Mike Woods 7.10.93
3. Amund Sjøbrend 7.11.22

1500
1. Eric Heiden 1.56.05
2. Kay Arne Stenshjemmet 1.59.60
3. Vladimir Lobanov 2.00.12

10000
1. Eric Heiden 14.43.11
2. Viktor Ljoskin 14.58.74
3. Masahiko Yamamoto 14.58.93

Klassement
1. Eric Heiden 162.973
2. Jan Egil Storholt 167.805
3. Kay Arne Stenshjemmet 167.903

Vier Afstanden. Acht verschillende tegenstanders op het podium. Waanzinnige verschillen. Bijna 5 punten voor de nummer twee. Niet te geloven. Andere Tijden? Vast wel. Ik zou er graag een extra lange aflevering over zien. Waarbij alle betrokken hoofdrolspelers aan het woord komen. Als ware het een audiovisueel monument voor een monumentaal toernooi.
 
Wat een gigantisch verschil zeg. Als Stolz hetzelfde percentage sneller dan Roest had willen zijn op het afgelopen WK dan had hij iets van 33.30/6:08.00/1:39.20/12:48.00 moeten rijden...
 
Geïnspireerd door de "Dat kan gewoon niet" races wil ik hier in dit topic toch nog even de aandacht vestigen op wat in mijn ogen de meest waanzinnige prestatie in het "moderne" schaatsen mag worden genoemd. Voor degenen die het misschien niet weten. Eric Heiden werd, voordat hij bij die legendarische Olympische Spelen in 1980 liefst 5 keer Goud won, ook al drie jaar op rij zowel wereldkampioen sprint als allround. Ik leefde toen al wel, maar heb er niets van meegekregen. Ik weet niet meer wanneer ik voor het eerst op papier of een scherm zag hoe Eric Heiden het WK Allround van 1979 in Oslo won, maar bij het zien van de cijfers viel mijn mond destijds echt open. Kijk gerust even mee naar wat hij daar in dat weekend reed. En vooral ook naar het verschil met de nummers 2 en 3.

500
1. Eric Heiden 38.22
2. Jan-Egil Storholt 39.03
3. Young-Ha Lee 39.12

5000
1. Eric Heiden 6.59.15
2. Mike Woods 7.10.93
3. Amund Sjøbrend 7.11.22

1500
1. Eric Heiden 1.56.05
2. Kay Arne Stenshjemmet 1.59.60
3. Vladimir Lobanov 2.00.12

10000
1. Eric Heiden 14.43.11
2. Viktor Ljoskin 14.58.74
3. Masahiko Yamamoto 14.58.93

Klassement
1. Eric Heiden 162.973
2. Jan Egil Storholt 167.805
3. Kay Arne Stenshjemmet 167.903

Vier Afstanden. Acht verschillende tegenstanders op het podium. Waanzinnige verschillen. Bijna 5 punten voor de nummer twee. Niet te geloven. Andere Tijden? Vast wel. Ik zou er graag een extra lange aflevering over zien. Waarbij alle betrokken hoofdrolspelers aan het woord komen. Als ware het een audiovisueel monument voor een monumentaal toernooi.
Heiden was in 79 op zijn allerbest. Nog beter dan op de Spelen in 1980. Vooral door de gigantische verschillen waarmee hij in 79 alles won. In 80 zaten met namen de Noren hem op de Spelen al dicht op de hielen.
In 79 won alleen Klaas Vriend een 5km van hem. Bij de Gouden Schaats in Inzell, maar dat had alles met veranderende weersomstandigheden te maken.

Overigens reed Heiden in 79 ook een geweldig WK sprint in Inzell. Met een evenaring van zijn eigen WR op de 1e 1000m, 1.14.99. Een dag later bleef hij er net boven: 1.15.07
 
Je was me net voor, Ko. Dat WK van 1979 staat ook in mijn herinnering als een van de opzienbarendste qua tijden. Om nog iets meer perspectief te geven. Deze 1500 en 5000 metertijden op een laaglandbaan werden pas begin jaren '90 weer gereden.
En uit de categorie "dit kan niet" is er ook het WK van 1977. De 18-jarige Heiden stond na 3 afstanden weliswaar bovenaan met een minieme voorsprong, maar deze 1500-meterrijder zou er op de 10 kilometer toch wel door heen gaan zakken. Hij mocht starten na de Noren en ging weg op het schema voor de wereldtitel. En dat bleef hij maar volhouden en volhouden, tot en met het laatste rondje.

Zo terugkijkend zie ik ook wel resultaten die op het moment zelf niet zo vreemd waren, maar dat achteraf toch wel bleken te zijn. Die goldrush van Cindy Klassen in 2006, die tijden waren toen min of meer logisch en passend. Maar die blijken bijna 20 jaar na dato nog onaantastbaar.
 
Die goldrush van Cindy Klassen in 2006, die tijden waren toen min of meer logisch en passend. Maar die blijken bijna 20 jaar na dato nog onaantastbaar.
Met die 37.51 op de 500m zou ze bij de WK sprint 2005 in SLC beide 500 meters hebben gewonnen met 0.23 en 0.40 sec voorsprong. Daar werd ze zelf maar 11e en 17e ... En ook beide World Cups in Calgary de week ervoor. En nipt de eerste World Cup van het seizoen erna van Beixing en Manli Wang. Dat gelooft natuurlijk niemand.
 
Met die 37.51 op de 500m zou ze bij de WK sprint 2005 in SLC beide 500 meters hebben gewonnen met 0.23 en 0.40 sec voorsprong. Daar werd ze zelf maar 11e en 17e ... En ook beide World Cups in Calgary de week ervoor. En nipt de eerste World Cup van het seizoen erna van Beixing en Manli Wang. Dat gelooft natuurlijk niemand.
De 1500 en 3000m tijden had ze eerder ook al in het seizoen gereden En , dat ze als all-roundster haar beste 500m rijdt op het WK snap ik dan ook wel. En met al die sprintsters erbij had ze dat weekend wellicht ook maar 5e of 6e geworden. En ik dacht ook dat er sprake was van een Chinook
 
Laatst bewerkt:
Heiden was in 79 op zijn allerbest. Nog beter dan op de Spelen in 1980. Vooral door de gigantische verschillen waarmee hij in 79 alles won. In 80 zaten met namen de Noren hem op de Spelen al dicht op de hielen.
In 79 won alleen Klaas Vriend een 5km van hem. Bij de Gouden Schaats in Inzell, maar dat had alles met veranderende weersomstandigheden te maken.

Overigens reed Heiden in 79 ook een geweldig WK sprint in Inzell. Met een evenaring van zijn eigen WR op de 1e 1000m, 1.14.99. Een dag later bleef hij er net boven: 1.15.07
Heden verloor 4 races dat jaar (plakboeken en geheugen). Behalve tegen Vriend een 5km van Woods op het US Allround kampioenschap (in een blizzard). Verder een 5km in de interland US-USSR-NOR vlak voor het WK (na drie x winst op de andere afstanden en om Storholt wat zand in de ogen te strooien :-). En in het naseizoen nog een 500m tegen (papa) Jarle Pedersen
 
Geïnspireerd door de "Dat kan gewoon niet" races wil ik hier in dit topic toch nog even de aandacht vestigen op wat in mijn ogen de meest waanzinnige prestatie in het "moderne" schaatsen mag worden genoemd. Voor degenen die het misschien niet weten. Eric Heiden werd, voordat hij bij die legendarische Olympische Spelen in 1980 liefst 5 keer Goud won, ook al drie jaar op rij zowel wereldkampioen sprint als allround. Ik leefde toen al wel, maar heb er niets van meegekregen. Ik weet niet meer wanneer ik voor het eerst op papier of een scherm zag hoe Eric Heiden het WK Allround van 1979 in Oslo won, maar bij het zien van de cijfers viel mijn mond destijds echt open. Kijk gerust even mee naar wat hij daar in dat weekend reed. En vooral ook naar het verschil met de nummers 2 en 3.

500
1. Eric Heiden 38.22
2. Jan-Egil Storholt 39.03
3. Young-Ha Lee 39.12

5000
1. Eric Heiden 6.59.15
2. Mike Woods 7.10.93
3. Amund Sjøbrend 7.11.22

1500
1. Eric Heiden 1.56.05
2. Kay Arne Stenshjemmet 1.59.60
3. Vladimir Lobanov 2.00.12

10000
1. Eric Heiden 14.43.11
2. Viktor Ljoskin 14.58.74
3. Masahiko Yamamoto 14.58.93

Klassement
1. Eric Heiden 162.973
2. Jan Egil Storholt 167.805
3. Kay Arne Stenshjemmet 167.903

Vier Afstanden. Acht verschillende tegenstanders op het podium. Waanzinnige verschillen. Bijna 5 punten voor de nummer twee. Niet te geloven. Andere Tijden? Vast wel. Ik zou er graag een extra lange aflevering over zien. Waarbij alle betrokken hoofdrolspelers aan het woord komen. Als ware het een audiovisueel monument voor een monumentaal toernooi.[/QUOTE.
Het waren ook de jaren (78 en 79) waarin ek/wk-schaatsen niet meer geheel live werden uitgezonden. 1978 zeker niet en 1979 ook niet beide dagen. (op de WK wel de eerste dag, maar niet de tweede ?)
 
Laatst bewerkt:
Zo terugkijkend zie ik ook wel resultaten die op het moment zelf niet zo vreemd waren, maar dat achteraf toch wel bleken te zijn. Die goldrush van Cindy Klassen in 2006, die tijden waren toen min of meer logisch en passend. Maar die blijken bijna 20 jaar na dato nog onaantastbaar.
Ik wil niet echt zeggen dat Klassens tijden toen logisch waren. Haar 1500 en 3000 waren al echt supersnel, maar die zouden inderdaad nog net in het verwachtingspatroon kunnen vallen. Haar combinatie met de kortste en langste afstanden echt niet. Toen Klassen net 37.51/6:48.97 had gereden waren er maar twee andere schaatsers die zowel onder de 7:10 als 38.5 seconden hadden gereden. Dat waren veelwinnaar Anni Friesinger met 38.09 en 6:58.39, en Jennifer Rodriguez met 37.87 en 7:07.93. Eigenlijk waren haar wereldrecords ook bizar. Ze sloeg op de 1500 meter de 1:52 helemaal over en op de 3 kilometer verbeterde ze in één seizoen het wereldrecord met 4.36 seconden. Zelfs de sprong van 6:14.66 naar 6:08.78 is minder extreem.
 
Het waren ook de jaren (78 en 79) waarin ek/wk-schaatsen niet meer geheel live werden uitgezonden. 1978 zeker niet en 1979 ook niet beide dagen. (op de WK wel de eerste dag, maar niet de tweede ?)
In 78 inderdaad beiden niet, in 79 het EK niet (ondanks dat het in Deventer was) maar het WK werd wel op beide live uitgezonden volgens mij.
 
Heiden was in 79 op zijn allerbest. Nog beter dan op de Spelen in 1980. Vooral door de gigantische verschillen waarmee hij in 79 alles won. In 80 zaten met namen de Noren hem op de Spelen al dicht op de hielen.
In 79 won alleen Klaas Vriend een 5km van hem. Bij de Gouden Schaats in Inzell, maar dat had alles met veranderende weersomstandigheden te maken.

Overigens reed Heiden in 79 ook een geweldig WK sprint in Inzell. Met een evenaring van zijn eigen WR op de 1e 1000m, 1.14.99. Een dag later bleef hij er net boven: 1.15.07

Hij won toen ook alle 4 afstanden op het WK sprint, maar opvallend genoeg was het verschil in punten "slechts" 2,650, terwijl Heiden in zowel 1978 als 1980 weliswaar 3 afstanden won, maar wel met meer dan 3 volle punten voorsprong het WK sprint won.
 
Ik keek eens even naar de verre en nog niet zeer betrouwbare luchtdrukvoorspellingen voor het EK allround, en voor de zondag staat een torenhoge luchtdruk van 1044 hpa, niet ver onder de hoogste ooit gemeten van 1050 in De Bilt in 1932. Dat deed me ook afvragen wat de laagste luchdruk ooit in Nederland (De Bilt) was, en dat is 956 hpa, gemeten op zowel 25 en 26 februari 1989. Wacht eens, ken ik die datum niet ergens van? Ja, dat is precies het weekend van het WK sprint 1989 in Heerenveen! Heerenveen is niet De Bilt, maar meer dan 5 hpa zal het niet schelen, dus zal dat wel de wedstrijd in Heerenveen zijn met de laagste luchtdruk ooit, waarschijnlijk onder de 960 hpa.

Er werd hard gereden daar, inclusief een WR laagland op de 1000m mannen van bijna een volle seconde, al zegt dat niet altijd evenveel in die tijd omdat we pas net binnen waren gaan schaatsen. Dat maakt het ook lastig om echt te zien of het ook zoveel harder ging dan met een normale luchtdruk. Als iemand met meer verstand van tijden rond die tijd hier een analyse over zou doen zou dat interessant zijn.
 
Back
Top