Ja, grease monkey is een leuke add on, gewoon een tip
Gerard Kemkers, oud-schaatscoach
„Deze jongen heeft vooral iets gevonden dat bij hem past. Het is niet bewezen dat het bij anderen dezelfde uitwerking zou hebben. In Italië trainen ze anders, in Canada wordt het schaatsen anders benaderd, en ook in Duitsland wijkt de methode af van wat wij hier doen. Kortom, genoeg variatie.”
„ik vind het vrij rigoureus om de koers te wijzigen omdat Van der Poel zich sinds een maand heel goed en overtuigend presenteert – het is bijna vermakelijk. Daarmee doe je alle door Nederland behaalde successen tekort. De WK was voor Patrick Roest niet geslaagd; in de periode ervoor maakte hij ook op een abnormale manier indruk met de tijden die hij reed.”
„Wat ik me ook nog afvraag: heeft hij een team om zich heen? Zijn er sporters met wie hij traint? Of is hij een einzelgänger? Dan moet je die ook zo bedienen, en dan is gelukt. Wij Nederlanders hebben een systeem van collectief werken waardoor je elkaar sterker maakt. Zomaar een route inslaan is niet aan te bevelen. Aan de top komen is een, er blijven is twee. Dat is iets wat we in Nederland wel hebben laten zien.”
Sven Kramer, boegbeeld Team Jumbo-Visma
„Topsport is mentaal zwaar, er staat altijd druk op de ketel. Het vergt veel van je lichaam, geest, familie, gezin en het team. Voor de WK heb ik getracht duidelijk te maken dat het niet zo vanzelfsprekend is dat je jaar in jaar uit elk weekend waarin het moet gebeuren, je ook goed gaat. Van der Poel heeft niet voor niets gezegd dat hij dit hooguit twee jaar kan volhouden. Dat snap ik wel. Ik heb het vijftien jaar zo moeten doen. Hij is nu de favoriet voor de Spelen, maar als ik dit nog tien keer roep, gaat hij met knikkende knietjes naar China.”
„Wat er momenteel is gebeurd, is allemaal vluchtig. Van der Poel heeft twee jaar niet geschaatst, daar is een reden voor. Niet die jongen is een hype, want hij doet het geweldig, maar wat er omheen hangt, zie ik als een hype. Ik heb ontzettend veel respect voor zijn prestaties, maar ik weet wat je ervoor moet doen om zó hard te kunnen schaatsen. Dan ben je door en door prof, en kom je niet aan met verslapen en dat soort dingen. Dat kán niet! Je moet er heel hard voor werken. Dan moet je niet quasi-nonchalant overkomen.”
Koen Verweij, schaatser Team Worldstream
„Als je zo hard schaatst, doe je blijkbaar technisch iets goed. Dat is gewoon zo. Een wereldrecord rijden als je niet technisch onderlegd bent, dat kan niet. Voor mij is Nils toch niet de zekere olympisch kampioen op de twee lange afstanden. Druk wordt een factor, hoe zal hij daarmee omgaan volgend jaar? Als je ziet hoe vaak Roest 6.05, 6.08 en dat soort tijden rijdt op de vijf kilometer. Die had een mindere rit - en dat is misschien de historie van Roest met de WK - maar in principe is hij nog favoriet.”
„Mijn coach Kosta Poltavets zei in 2017 al dat de lange afstanden in het schaatsen onderontwikkeld waren. Triatleten liggen zo ver voor, en de kennis die daar zit moet eens worden toegepast in onze sport. Dat kan door extreme trainingsvormen, uitgevoerd door deze Zweed. Ik heb zijn trainingen gevolgd: erg indrukwekkend. Hij liet dingen zien die wij nog niet eerder hebben gedaan. Als je naar een hoger niveau wilt, moet dat soort dingen vanzelfsprekend worden. Want Kosta gelooft dat 12.20 of 12.25 op de tien kilometer mogelijk is over een paar jaar.”
Jillert Anema, hoofdcoach Team Zaanlander
„Nils reed goed bij de junioren en dat lukt nu nog steeds, ook omdat er een prima kop op staat. Wat die jongen doet, kan níet fout zijn, anders zou hij niet zo hard kunnen rijden. Misschien lijkt hij op Sven Kramer, bij wie je er áltijd de klok op gelijk kon zetten als het op presteren aankwam. Dat soort jongens zijn moeilijk te verslaan. Het is interessant te zien wat er gebeurt bij Van der Poel als er op de Spelen dertig camera’s op hem gericht zijn. Je ziet hem nu steeds met een glimlach op zijn gezicht rond schaatsen. Die is aan het genieten….”
„Het is ’vormgestuurd’ wat hij doet. Zou hij veel sprongtraining uitvoeren die hem beter maken, betekent dat niet dat iemand die de duizend meter rijdt er net zo vele profijt van heeft. Ik lees veel verhalen van andere toppers uit de sportwereld om meer te weten te komen over hoe ze hun sport bedrijven. Daarbij ga ik van een ding uit: het wil niet zeggen dat ze het goed doen, maar ze doen het in elk geval niet verkeerd, want anders zouden ze niet zo goed zijn. Zo kun je, via try and error, tot een systeem komen waarin uiteindelijk geen fouten meer zitten.”
Bart Veldkamp, oud-olympisch kampioen 10 km (1992)
„Hij laat zien dat er meer wegen naar Rome zijn. Je moet daarom altijd in ogenschouw nemen hoe je zelf functioneert en op welke manier je fysiek en mentaal tot bepaalde prestaties komt. Want we zijn individuen en iedereen heeft zijn eigen manier en dat is extreem duidelijk in dit geval. Je ziet alleen de buitenkant, maar het is duidelijk dat hij het anders doet, wat een beetje bij het Zweedse karakter past. Tomas Gustafson had er ook een handje van en floreerde zo. Je kon hem evenmin in een eenheidsworstensysteem drukken. Dat zijn unieke gevallen, de uitzonderingen.”
„Zijn tijden zijn uitzonderlijk, zijn manier van rijden uitzonderlijk. Daar kun je geen blauwdruk van maken en dan zeggen: daar gaan we heel Zuid-Holland mee laten trainen. Er is geen holy grail, die is er nooit geweest en dat zal ook nooit een trainer claimen. Ze hebben een bepaalde manier van werken die ze vertrouwen en waarin ze geloven en die goed werkt.”
Ben van der Burg, oud-schaatser
„Als Nils van der Poel normaal blijft doen, wint hij makkelijk twee keer goud in Peking 2022. Makkelijk! Het menselijk lichaam is er niet op gemaakt om een duurloop van 170 km te doen. Net zomin dat je een marathon moet lopen, want fysiek is dat gewoon slecht, veel te belastend. Ik ga ervan uit dat hij optimaal uitvoert wat er is bedacht voor hem. het verhaal er omheen is een mooi verhaal. Dat doet het beter dan een slecht verhaal. Dat is mooi. Marketing, public relations. Doet-ie goed. Hij hoeft nog maar een jaar, hè. Want of hij dit nog twaalf jaar zou volhouden, dat denk ik niet. Daarom is het zo verdomd knap wat Sven Kramer heeft gedaan: altijd maar aan de top blijven. Wat je ook van hem mag vinden.”