Bending heeft een voordeel in de bocht en een nadeel op het rechte eind. De som der delen schijnt positief uit te vallen als je zo'n 36 seconden of sneller op de 500 meter rijdt. Benden gebeurt op evoel: steeds weer proberen hoe het voelt, tot je te ver gaat. De ronding moet dan ook (steeds) op het gevoel en het oog aangepast worden. Bij shorttrack is het verhaal anders, daar wordt veel eerder gebend.
Geneeskunde & Sport (benden en ronden) Sorry, maar ik heb niet zoveel ervaring op forums.... Nogmaals mijn reactie: Heb laatst hetzelfde artikel gevonden in Geneeskunde & Sport, maar nu staat het er helemaal in. Hij wordt niet zomaar afgekapt bij de conclusie. Je kan er ook een programma bij bestellen, heeft een van jullie dat al gedaan? Zo ja, is het 10 euri waard?
Denk dat in de praktijk meestal alleen snelle schaatsers buigen, maar dat wil niet zeggen dat je een snelle tijd moet rijden om te buigen. Hoe langzamer je gaat (en hoe hoger je zit) hoe meer je in principe kan buigen. Als je schuiner hangt (sneller gaat) zal er eerder een zogenaamde brug in de schaatsen ontstaan. buigen kan dus ook prima bij lage snelheden en is naar mijn mening ook voor normale wedstrijdschaatsers al zeker een voordeel (misschien zelfs wel een groter voordeel). Wat bedoel je precies met benden gaat op gevoel? Kun je dat uitleggen? Neem aan dat het toch beter kan met een meterje of met licht. @Leendert, Vond het ook al erg knullig dat in schaatsport niet het hele artikel staat. Heb het programmatje niet zelf. Meestal heb je niet zoveel aan dit soort programma's; de praktijk waarde is gering. Je kan het natuurlijk wel aanschaffen als je in de theorie geintersseerd bent! Heb er zelf overigens toch wel interesse in, kun je misschien het besteladres posten?
Inderdaad, vrouwen in de top(die over het algemeen minder snel rijden) benden hun schaatsen meer om tot hetzelfde draagvlak te komen dan bij de mannen het geval is. Zij hangen immers minder ver.
artikel benden en ronden Ja en vooral jammer dat ze in schaatssport de grafieken hebben weggelaten, die de relatie aangeven tussen bending, ronding en afzethoek. Het is allemaal theoretisch, maar het geeft wel een goed inzicht. Er staat alleen wat weinig informatie in over het programma dat je kan bestellen. Het besteladres is overigens [email protected]. Als iemand het al heeft, zou ik graag een reactie horen!! Groeten Leendert
website benden en ronden Ik heb het forum met belangstelling gevolgd, en ben zelf ook geinteresseerd in de theorie achter bending en ronding. Na wat gezocht te hebben op internet kwam ik op de site van Ben Jongejan (off topic: Die gaat het nog ver schoppen straks bij de skate-off voorspel ik) een link tegen naar de volgende website: Http://home.wanadoo.nl/p.a.legemate Op deze website is het hele artikel te downloaden en is ook meer info te vinden over het programma. Daarom wilde ik jullie deze link niet onthouden :wink: @Leendert: Het programma is onder weg. Je hoort er meer van!
Ik heb dat artikel zelf ook gelezen en ben wel verbaasd over de uitkomst. Het benden is niet alleen een nadeel op het rechte stuk. Het is alleen een nadeel voor je linkerschaats. Wat ik zelf interessant vond aan het artikel is dat je het effect van benden deels kan verkrijgen door je schaatsen sterker te ronden. Dit is zeker voor mensen met een relatief laag gewicht (zoals ik zelf 66 kilo) een zeer aantrekkelijke optie. Met je ronding spelen is namelijk veel minder gevaarlijk als benden. Op het moment dat je je messen gaat benden is het erg lastig om ze weer terug te krijgen (je rekt het materiaal een stukje op) en als je ze terug krijgt is je mes een stukje langer (paar 1/10e milimeter maar ofzo) dit trekt mij niet zo. Je weet namelijk niet wat er met het materiaal verder gebeurt het kan best slapper of iets dergelijks worden daar is namelijk nog weinig onderzoek naar gedaan. Een ronding kun je makkelijk weer terug (laten) zetten op het moment dat hij te rond of te vlak zou zijn. Als er mensen zijn die het niet kunnen volgens hoor ik het graag
verbazing+ een kleine bijles Hoi iedereen Ik zit met verbazing te kijken hoe weinig de gemiddelde bezoeker hier weet van kromming/ronding Zelf schaats ik zoon 14 jaar waarvan ik de laatste 3 jaar alleen nog maar shorttrack. Ten eerste raad ik jullie aan niet zelf zomaar te beginnen je (eigen) schaatsen te krommen. Om goed te kunnen krommen heb je wel meer dan theoretische kennis nodig, Dan nog liever bij je "schaatsboer" alhoewel menigen van dat soort lui er ook weinig van kunnen. Bij de langebaan zou ik alleen ronald van den ing me messen toevertrouwen (maar dat is persoonlijk) even kort Ronding: Standaart bij langebaan is idd een ronding 21. "toppers" maar vooral sprinters zullen ronder schaatsen, dit om beter te kunnen draaien. Dit hebben ze mooi afgekeken van shorttrack waar rondingen als (voorpot-midden-achterpot ) 7 - 10- 8 niet ongebruikelijk zijn. Dit is allemaal om voor/achterop je ijzer goed te kunnen draaien en een goed glijstuk in het midden te hebben. kromming heeft het zelfde effect als een "Carve- ski" heeft t.o.v een Gewone Ski. - alleen dan maar 1 kant op. Je kromming kan je op 2 manieren controleren 1 houd een rondingsmeter dwars op je ijzer en bekijk de uitslag/ het verloop 2 Zorg dat je een mooie platte "balk" van ijzer/ alluminium o.i.d. koopt en zet je schaats er op. Houd je schaats tegen het licht vervolgens Kijk (vanuit de binnenkant van de Bocht) hoe je ijzer aanlegt op de balk als je schuin gaat. daar zie je bijvoorbeeld dus ook - als je schaatsen heel krom zijn je veel grip hebt als je niet heel erg schuin gaat, en als je wel heel schuin gaat je totaal GEEN grip hebt ( een zgn BRUG) Bovenstaande verklaart dus ook waarom vrouwen meer kromming hebben als mannen (ivm lagere snelheid) Belangrijk is dus dat je weet van jezelf hoe schuin je ongeveer gaat zodat je ook voor schaatsen onder die hoek je schaatsen kromt Dit was voor nu in het kort even hoe het in elkaar steekt, Krommen/ ronding is echt een wetenschap. Ter geruststelling 95% van de Nl'se toplangebaners weten hier zelf ook maar heel weinig van af en laten wat materiaalmannetjes aanrommelen met hun schaatsen. Het allersbeste is om een bender & meter te kopen (www.cutproof.com) en eens op een oud/reserve paar ijzers te gaan oefenen. Maar wees altijd voorzichtig, en begin altijd met heel weinig. het Terugbuigen is het enige wat slecht is voor je ijzer is te krom maken (een zgn HOEK) en dan weer terugbuigen. dat is funest ->woorden van johan bennings (eigenaar maple)
geachte vriend, weinig kennis zeg je? dat kan zo zijn. maar als jij zegt dat veel toppers en vooral sprinters ronder rijden moet ik je toch even corrigeren. menig topper en juist sprinters rijden vlakker. info bron Ronald van der Ing. met vriendelijke groet
Ervaringsdeskundige Ingg, Langebaan heeft niet echt meer een standaard, "we" variƫren tussen de 19 en 27, afhankelijk van merk en bereider. Als ik je verhaal lees zou iemand met carve-ijzers dus permanent met een kromming rijden die beide kanten opwijst? Of snap ik je verhaal niet helemaal.
p.s als ik mensen zou moet adviseren, koop je rondings/bendingmeter en bending apparaat bij ronald van der ing, waarom vraag maar aan menig topper
Vlakker als wat, als 21? dat kan best ik kan me voorstellen dat iedereen langer dan 500 mtr rijd een vlakkere ronding wil om meer te glijden,
Heeft niets met glijden te maken. Er wordt m.i. vlakker gereden voor meer raakvlak met het ijs zodat er krachtiger afgezet kan worden. doe toch maar :wink:
Nee kan ik niets over zeggen, maar een Feit is wel, hoe vlakker je schaats, hoe beter je kan glijden. vergelijk maar eens een ijshockeyschaats met een langebaan schaats. Hoe ronder, hoe meer je kan sturen - en des te minder je kan glijden. P.s raakvlak is dus de combinatie van ronding en kromming, als ze heel rond zijn kan je met kromming nog steeds evenveel of meer raakvlak hebben als "vlakke" schaatsen
hard rijden heeft niets met glijden te maken: bij een sprint moet je het glijmoment zo kort mogelijk houden, anders raak je out of control en kun je niet accelereren. op de lange afstanden wordt er op het rechte stuk wel gegleden i.v.m. efficient energieverbruik.
Oneens, jij verwart glijden met een rustmoment in je slag. moet je toch eens goed naar een jongen als jan bos kijken, die zet zelfs zn schaatsen nog schuin in op het rechte end (met name op het 2e rechte eind) Dus men "glijd" weldegelijk op de sprint. hij schaatst zonder een rustmoment, maar hij glijd wel als een gek.
even vraag inng jij zegt hoe vlaker de schaats hoe beter ze glijden, echter vraag ik me af of je daarbij de variabele; hard of zacht ijs niet vergeet?
ik zeg niet dat ze niet glijden (anders kom je niet boven), wat ik bedoel is dat het glijmoment bij een sprint zo kort mogelijk moet zijn.
ander onderwerp? -> ok ik heb dat i.d.d buiten beschouwing gelaten, Dit omdat doorgaans bij verschillen in hard/zacht ijs per baan doorgaans eerst alleen de kromming veranderd wordt. En als je daarmee je "probleem" niet oplost kan je rustig je ronding wat bijslijpen, maar dit is iets wat de meesten hier nog niet onder de knie hebben als ik de reacties zo gelezen heb. Het is eigenlijk heel makkelijk, als je een rondingsmeter hebt, geduld en logisch kan nadenken kan je het jezelf leren maar aan te raden is het van een ervaren-(handmatige)- rondingslijper te leren, dan zul je minder gauw fouten maken. Het is wel handig om eerst goed de uiteinde's van je ijzers goed rond te slijpen dan heb je minder last van het z.g.n Randeffect voor-en-achterop je ijzer.
Ingg, kleine tip... Als je nog niet zoveel posts heb gedaan op dit forum, moet je toch nog iets opbouwen bij de andere forumleden. Zo werkt dat nou eenmaal, wordt ook wel vergeleken met haantjesgedrag. Argumenten goed duidelijk onderbouwen, makkelijk taalgebruik, zodat daar geen misverstanden over kunnen ontstaan. Als laatste wil ik je toch graag vragen om uitleg te geven over die variabele ronding. Kijk, dat is nou een interessant onderwerp waar je een soort van credit kan opbouwen... Dus ik zie je uitleg spoedig op dit forum (ander onderwerp aanmaken) verschijnen, alvast bedankt.