Schaats-statistieken raadspelletje

Snelste tijden waarmee iemand 6e werd in de respectievelijke wedstrijd.

Dat is correct. De 10 kilometer loopt nogal achter hier. In 2005 werd Röjler al 6e met 13:08, en sindsdien is het wereldrecord 27 seconden opgeschoven en de snelste nummer zes maar 10 seconden.

Het is al weer een tijdje geleden dat we hier een statistiek hebben geraden, dus bij deze een nieuwe voor degenen die zin hebben in een puzzel.

Wat geeft deze lijst weer?


Raadsel 36

Dat is correct! Ik was helemaal vergeten dat die nog onopgelost was, maar je hebt hem nu. Technisch gezien was het trouwens de 6:09.74 uit Hamar en niet de .76 die derde stond, want een paar seconden voordat Bergsma zijn 6:09.33 reed had Kramer de 6:09.74 naar de derde plek verwezen met zijn 6:06.82.

Een wereldrecord (laagland) rijden is "makkelijk", maar er zijn er genoeg die één geweldige rit hebben en vervolgens weinig meer presteren, zoals Graeme Fish. Door naar zoiets als dit te kijken kun je zien wie echt lang aan de top staat.

Interessant... Er staan alleen maar mannen op, en alleen maar sprinters. Een aantal mannen die eigenlijk alleen een goede 500 meter in de benen hebben en een ook een paar die juist de 1000 meter kunnen rijden. Ook een paar die ze allebei kunnen of konden winnen. Nuis komt erbij met zijn race in Beijing maar Stolz ontbreekt nog. Drie Polen die het van uitschieters moeten hebben maar ook classics als Mun en Lorentzen...