Wedstrijden maart 2025

Ko Savabli

Well-Known Member
Ook in maart komen vast nog wel wat interessante wedstrijden of resultaten voorbij. Vroeger waren de Olympic Oval Finales nog weleens uiterst spectaculair, maar die tijd ligt wel achter ons. Ook de Viking Race in Heerenveen staat nog op het programma.

Bij deze wil ik toch nog even laten noteren dat de Oekraïner Hlib Khochyn op 1 maart met 36.70 in Inzell zijn eerste 36'er heeft geklokt. Bepaald niet slecht voor een jongen van 16. Hij is daarmee de 8 snelste B-junior van dit seizoen, achter 7 Aziatische jongens. Op de 1000, 1500 en 3000 meter staat Khochyn trouwens ook bij de eerste tien.
 
De Italiaanse C2 junior Piotr Molinari reed in Inzell overigens een keurig PR van 4.06.14 op de 3km. Als we dan niet al te ver terugkijken, vinden we dat Finn Sonnekalb als C2 4.08.98 reed en een seizoen eerder reden Shomu Sasaki (4.05.86) Sil van der Veer (4.06.10), Mika Kolder (4.07.99), Mats Bendijk (4.08.75) en Didrik Eng Strand (4.13.03) ook tijden waar deze Molinari zich nu netjes kan meten. Het Japanse stayersfenomeen Tiaga Sasaki kwam vorig seizoen als C2 overigens al tot 3.52.19. Nu zijn Aziatische jongens wel vaker vroeg goed, maar de manier waarop deze jongen bij het WK Junioren bijna zonder te bewegen in een direct duel om het zilver Sil van der Veer klopte, was naast indrukwekkend toch ook veelbelovend. Misschien zien we Molinari over een paar jaar ook wel om de medailles strijden op het WK Junioren.

Dan nog iets heel anders; bij dezelfde wedstrijden in Inzell reed de 17-jarige Pola Matera een PR van 42.20 en de 15-jarige Kacper Polny twee PR's met 38.33 en 4.17.20. Niet heel bijzonder natuurlijk. Maar stel je toch eens voor ... dat deze twee Poolse junioren verliefd op elkaar worden, op jonge leeftijd trouwen en dat Pola dan de naam van haar man aanneemt. Lijkt me heerlijk als ze daarna ook nog doorbreekt en we een jaartje of tien kunnen schrijven over de Poolse Pola Polny.
 
De Italiaanse C2 junior Piotr Molinari reed in Inzell overigens een keurig PR van 4.06.14 op de 3km. Als we dan niet al te ver terugkijken, vinden we dat Finn Sonnekalb als C2 4.08.98 reed en een seizoen eerder reden Shomu Sasaki (4.05.86) Sil van der Veer (4.06.10), Mika Kolder (4.07.99), Mats Bendijk (4.08.75) en Didrik Eng Strand (4.13.03) ook tijden waar deze Molinari zich nu netjes kan meten. Het Japanse stayersfenomeen Tiaga Sasaki kwam vorig seizoen als C2 overigens al tot 3.52.19. Nu zijn Aziatische jongens wel vaker vroeg goed, maar de manier waarop deze jongen bij het WK Junioren bijna zonder te bewegen in een direct duel om het zilver Sil van der Veer klopte, was naast indrukwekkend toch ook veelbelovend. Misschien zien we Molinari over een paar jaar ook wel om de medailles strijden op het WK Junioren.

Dan nog iets heel anders; bij dezelfde wedstrijden in Inzell reed de 17-jarige Pola Matera een PR van 42.20 en de 15-jarige Kacper Polny twee PR's met 38.33 en 4.17.20. Niet heel bijzonder natuurlijk. Maar stel je toch eens voor ... dat deze twee Poolse junioren verliefd op elkaar worden, op jonge leeftijd trouwen en dat Pola dan de naam van haar man aanneemt. Lijkt me heerlijk als ze daarna ook nog doorbreekt en we een jaartje of tien kunnen schrijven over de Poolse Pola Polny.
Il weet al welke dans er op hun bruiloft favoriet zal zijn...
 
Thijs Wiersma heeft bij de Vikingrace 3:43.87 gereden! Er zijn maar twee b-junioren ooit sneller geweest: Sigurd Henriksen en Jae-Won Chung. Zijn schema was ook sterk met 18.9 - 28.9 - 28.9 - 29.1 - 28.9 - 28.9 - 29.5 - 30.3.
Hij is ook een zeer talentvol wielrenner. Zoals Theo Bos en Okav Kooij dat ooit ook waren. Die kozen uiteindelijk allebei voor de fiets en niet voor een schaatscarriere. Benieuwd welke kant Wiersma opgaat.
 
Inderdaad een ontzettend goede tijd van Wiersma! In 1 hap ruim 8 seconde van zijn PR af. En met die 3.43.87 rijdt ie bijvoorbeeld bijna dezelfde tijd als Snellink (3.41.93) en Huizinga (3.42.68) in oktober. Ik ga weer veel te snel, maar ik vraag me toch af hoe ver deze jongen volgend seizoen al komt. Rustig Ko! Eerst maar eens zien wat hij vandaag op de 1500 kan laten zien.

Intussen reed ook Mette ten Cate weer enorm hard met 39.49 (PR) en 2.00.44 (PR). En Jack Boekema klopt zijn Oekraïense rivaal Khochyn niet alleen op de 500 (36.75 om 36.82) maar ook op de 3km (3.59.02 om 4.00.68). Zusje Charley Boekema staat ook weer bovenaan, zij het zonder PR's. Sowieso altijd leuk om de resultaten in de Viking Race door de jaren heen te volgen.

Wat dat betreft ben ik blij dat de Roemeense Anastasia Elena Bacila er voor het eerst bij is. Helaas rijdt ze geen PR's, maar ze staat wel eerste in haar leeftijdsgroep. Hopelijk komt ze de komende 3 seizoenen terug om nog een paar keer te winnen. Ooit moet er toch weer eens een top 10 schaatser uit Roemenië komen. Bij de B1 meisjes zie ik dat de jongste Aiello ook weer fijn vooruit gaat. Daarnaast heb ik met een grote glimlach vernomen dat de Poolse Nowak met de schitterende voornaam Olimpia ook weer PR's rijdt. Hoe mooi zou het zijn als Olimpia ooit Olympisch mag stralen.
 
De Viking Race is een Europees toernooi, maar heel af en toe duikt er een Amerikaan op. Zo reed Heather (toen nog) Richardson de Viking Race 2004. Nu staat Emma De Bock namens de VS bovenaan bij de B1 meisjes.
 
Met de 4.19,98 van Melissa Schaefer hebben er dit seizoen tien Duitse vrouwen onder de 4.20 gereden. Vorig jaar waren dat er nog 7, het jaar daarvoor 5 en in het coronajaar slechts 3. Het is maar één keer eerder gebeurd dat er dit seizoen 10 Duitse vrouwen onder de 4.20 gereden en dat was vreemd genoeg al in 2005/06. Ook in de jaren daarna was Duitsland een belangrijke factor met veel medailles, maar toen al werd dus dat aantal vrouwen onder de 4.20 niet meer gehaald.

Maar goed, hoe sterk is dat nou, tien vrouwen onder de 4.20?

In totaal hebben er 133 vrouwen dit seizoen onder de 4.20 gereden.

België heeft er 1 (Tas).
Oostenrijk heeft er 2 (Rosner en Molnar) en datzelfde geldt voor Denemarken (Thorup en Lindenskov), Frankrijk (Braun en Nizan) en helaas ook Zuid-Korea (Park en Kang) en Polen (Czyszczoń en Jabrzyk)..
Uit Wit-Rusland komen er 3 en dat is evenveel als Zwitserland.
Kazachstan heeft er weer eentje meer: 4.
Namens Tsjechië zijn er maar liefst 5, evenveel als de Verenigde Staten.
Noorwegen heeft er 6, al zit daar wel twee keer 4.19 bij.
In Italie gaat het niet slecht met 7.
In Rusland rijden er 8 vrouwen onder de 4.20.
Duitsland heeft er zoals gezegd 10 en dat is evenveel als Canada.
China doet het iets beter met 12.
Japan heeft er 22, al rijden er daarvan maar 5 onder de 4.10.
En Nederland heeft de grootste breedte met 27, waarvan er wel 15 onder de 4.10 rijden.

Duitsland staat er dus zeer goed bij wat betreft de breedte. Nu heeft Duitsland nog een echt winnaarstype nodig. Ook opvallend: hoe dicht Japan op Nederland staat.

---

Tot slot: ik vond nu ook dat de zes snelste Spaanse vrouwen van dit seizoen 4:36, 4:37, 4:38, 4:39, 4:40 en 4:41 reden. Het moet allemaal nog wat harder, maar als iedereen nou even 20 seconden sneller gaat rijden volgend jaar, kan de Spaanse Rintje Ritsma in zijn handen wrijven en een bijzonder evenredige ploeg samenstellen in de World Cup ploegenachtervolging!
Schermafbeelding 2025-03-08 om 19.22.58.png
 
Voor een gek als mijzelf die altijd met een zaklamp naar jonge talenten speurt die misschien ooit de WB gaan halen, blijft de Viking Race een snoepwinkel. Hier volgt dus wat geratel;

- Helaas heeft naast die prachtige Oekraïner Khochyn, niet ook een Roemeense schaatser een categorie gewonnen. Anastasia Elena Bacila won bij de C1 categorie wel 3 van de 4 afstanden en sloot de laatste 1000 meter gelukkig nog af met een piepklein PR, maar op de tweede 500 meter werd ze weg geblazen door Fleur Hartveld die haar PR in 1 knalharde klap verbeterde van 41.42 naar 40.79. Voor een C1 is dat ontzettend goed. Marcel wist eerder dit seizoen na het geweldige nieuwe PR van Bacila (40.72) te melden dat er ooit 14 C1 junioren (of jonger) onder die tijd hadden gereden. Als je daar de Aziatische meisjes uit weghaalt, blijven alleen Femke Beuling (40.61), Ksenija Sirazeva (40.54), Hanna Mazur (40.38), en Angel Daleman (40.03) over die destijds sneller waren. Fleur Hartveld sluit zich daar nu met haar 40.79 netjes bij aan.

- Een categorie jonger hebben we in Nederland naast Charley Boekema ook nog Lauren van den Brink die zeer hard rijdt voor haar leeftijd. Ze reed op de tweede dag met 41.68 en 1.22.02 twee nieuwe PR's en was daarmee zelfs nog weer sneller dan Bacila. Boekema reed intussen met 41.34 ook een nieuw PR. Er komt dus weer heel veel talent aan.

- Moet ik Mette ten Cate nog een keer noemen? En of ik dat moet. Die won de B2 categorie met grote overmacht en voegde met 1.18.15 en 4.15.71 weer twee toptijden toe aan haar oeuvre. Om even in de verf te zetten hoe goed ze heeft gereden, vergelijk ik haar puntentotaal met dat van winnaars uit andere jaren, al was het maar om ook weer eens te zien hoeveel toppers als B2 ook al goed waren bij de Vikingrace.

2025: Mette ten Cate 161.329 (3.6 punt voor Paula Albrecht)
2024: Zofia Braun 163.428 (0.7 punt voor Jasmijn Veenhuis)
2023: Rosalie van Vliet 165.707 (3.1 punt voor Melissa Schaefer)
2020: Evelien Vijn 164.289 (4.3 punt voor Sanne Westra)
2019: Merel Conijn 164.017 (1.6 punt voor Isabel Grevelt)
2018: Femke Kok 162.962 (1.0 punt voor Robin Groot)
2017: Femke Beuling 165.558 (0.3 punt voor Ragne Wiklund, 1.9 punt voor Karolina Bosiek)
2016: Joy Beune 164.769 (1.5 punt voor Jutta Leerdam)
2015: Isabelle van Elst 164.998 (4.2 punt voor Aafke Soet)
2013: Sanneke de Neeling 165.354 (2.8 punt voor Melissa Wijfje)
2012: Antoinette de Jong: 163.439 (3.7 punt voor Jade van der Molen)
2011: Pien Keulstra: 163.828 (3.0 punt voor Reina Anema) Keulstra reed dezelfde afstanden buiten de competitie om ...

- Nu zet ik de zaklamp op de hoogst mogelijke stand en schijn ik 'm nog even op twee Portugese B2 junioren; Manuel Morgado Piteira en Martim Jose Coelho Vieira zaten gisteren op op de 1500 meter met z'n tweeën bij de eerste tien. En beide reden lekker veel van hun PR af. Morgado Piteira begon in oktober in Heerenveen met een PR van 2.04.32. Een week later reed hij al 2.00.53. En gisteren kwam ie al tot 1.56.85. Coelho Vieira begon in oktober in Heerenveen met 2.02.45, reed vervolgens bij de junioren WB in Tomaszow 2.02.02 en gisteren klokte ie 1.57.42. Hij reed met 1.14.98 bovendien zijn oude PR van 1.16.30 aan diggelen. Hopelijk vinden deze jongens het schaatsen kei leuk en kunnen ze de komende 3 a 4 jaar stappen blijven maken. Met wat geluk botsen ze daarbij ook niet op een uiterst moeizaam seizoen waarin ze plots nul progressie meer maken zoals hun oudere landgenoot Afonso Henrique Pestana Silva. Die reed vorig seizoen als A1 junior naar een leuke 1.51.97 en vooral een veelbelovende 6.42.85, maar heeft dit seizoen helaas slechts 1.52.32 en 6.50.36 neergezet.

- Tot slot nog eens alle eer naar die bijzondere Oekraïner Hlib Khochyn. Hij wint voor het tweede jaar op rij de Viking Race. Dat biedt een mooie gelegenheid om eens te kijken hoe zijn tijden van de Vikingrace 2024 zich verhouden tot die van 2025:

Khochyn 2024: 37.47, 1.13.82, 1.52.56
Khochyn 2025: 36.82, 1.12.53, 1.50.82
Khochyn 2026: ...

En dan te bedenken dat deze jongen na 2026 nog twee jaar junior is. De potentie is er. In overvloed. Of het er allemaal uitkomt, gaat de toekomst uitwijzen. En die toekomst is altijd onzeker. Zeker voor zo'n jongen uit Oekraïne.
 
Laatst bewerkt:
Vorig weekend had ik tijdens de WB in Heerenveen weinig tijd en energie om verder om me heen te kijken. Maar nu heb ik bij de Finale van de Deutschland Cup in Erfurt plots een naam gespot die me niet eerder was opgevallen. Het gaat om de 18-jarige Jaro Flaig. Die reed daar bij de junioren met 1.53.73 en 3.57.45 twee misschien niet bijzonder indrukwekkende PR's. Toch krijgen deze tijden enig cachet als je ziet waar deze jongen vandaan komt.

Ten eerste is het opmerkelijk dat Flaig al gewoon heel lang schaatst. In oktober 2016 voltooide hij zijn eerste 100 meter in 14.82. Bij zijn eerste junioren kampioenschap in 2020 werd hij uiterst onopvallend 15e. In 2022 werd hij 9e in een veld van twaalf en reed ie op de 1500 meter bijvoorbeeld ruim 9 tellen trager dan Finn Sonnekalb. Een jaar later werd ie een veld van negen schaatsers achtste en zat ie op de 3km met 4.26.38 meer dan 25 seconde achter Sonnekalb. In 2024 werd hij - bij afwezigheid van Sonnekalb - al derde bij het junioren kampioenschap, maar reed ie in Erfurt met 39.56, 1.18.23, 1.59.36 en 4.11.26 nog steeds zeer onopvallende tijden.

Dit seizoen begon ie ook niet meteen denderend. Bij zijn eerste drie wedstrijd weekenden sneuvelde geen enkel PR. En toen? Toen zag ie het licht. Ineens. In Berlijn reed ie op 16 november een PR van 4.06.07. En dat verpulverde ie dit weekend dus met 3.57.45. Op 30 november reed ie zijn eerste 5km in Erfurt in 7.09.67. Niks bijzonders aan. Vervolgens reed ie op 15 december in Inzell naar 6.55.03. Al een stuk beter. En vorige week zette ie in Erfurt 6.48.83 neer. Dat begint er echt op te lijken. En met zulke stappen moet ie volgend seizoen onder de 6.40 kunnen. Zeker in Inzell.

Intussen heeft ie ook op de 1500 meter flinke sprongen gemaakt. Voor dit seizoen had ie vanuit Inzell een 1.58.89 staan. Nadat ie op 7 december in Erfurt een kleine verbetering (1.58.63) bij elkaar schaatste, reed ie week later in Inzell ineens 1.54.50. En die tijd verbeterde ie gisteren in Erfurt dus weer naar 1.53.73. Ook op de 500 meter ging er aardig wat af. Bij het junioren kampioenschap reed ie in 2024 dus 39.56 in Erfurt. Vorige week maakte ie daar bij het junioren kampioenschap 38.46 van. En dat was meteen de basis voor zijn eerste Nationale titel. Jaro Flaig dus. Jarenlang reed ie ver buiten mijn idioot optimistisch ingestelde schijnwerpers. Maar nu is ie daar ineens. Het kan soms gek lopen in een schaatscarrière.
 
Laatst bewerkt:
We hebben Ryosuke Tsuchiya het hele jaar niet gezien, maar hij laat met 13.16 in Hachinohe zien dat hij volgend jaar gewoon nog kans maakt om de Spelen te halen.

34,54 van Yuta Hirose in Salt Lake is ook goed nieuws voor Japan.
 
Vanavond is de Bob de Jong Bokaal in Haarlem met een 5km voor dames en een 10km voor heren. Voor de neosenioren is het tevens een NK over de langste afstanden. Bij de dames hadden we in potentie een zeldzaam goed startveld met Bente Kerkhoff, Evelien Vijn, Jade Groenewoud en Sophie Kraaijeveld, maar de laatste drie zegden helaas af.

Kerkhoff gaf wel acte de présence en hoe! Op de 3km doorkomst zat ze maar 3 seconden boven het 12 jaar oude 3000m-baanrecord van Yvonne Nauta en dan weet je wel hoe laat het is. Uiteindelijk finisht ze in 7.11,91. 9 seconden onder het baanrecord van Esmee Visser.

Bij de heren zo dadelijk helaas geen kans op zo'n uitschieter. Vorig jaar reed Gert Wierda nog een supersterke 13.31, maar daar gaat niemand bij in de buurt komen. Jammer dat neo's als Van de Bunt, Speijers, Stam, Van der Ham, Krommenhoek en Slendebroek deze wedstrijd overslaan.
 
Vandaag is in Thialf de laatste trainingswedstrijd van het seizoen voor Topteams en Talentteams. Meestal nog een laatste kans voor schaatsers op de schopstoel om zichzelf te laten zien, maar vrijwel alle schaatsers van de topploegen hebben hun seizoen reeds beëindigd en ook de betere doorstromende A2-junioren zien we niet meer in actie. Wel komen we bijvoorbeeld Isa Leroy van TalentNED tegen die laatst in een interview duidelijk maakte dat ze zich deze weken nog wel in de picture wilde rijden met uitslagen in trainingswedstrijden na een wat moeizaam laatste juniorenjaar. Van de topploegen zien we alleen drie schaatsers van Reggeborgh aan de start die, zo meen ik, allen een aflopend contract hebben: Hein Otterspeer; Louis Hollaar en Mats Siemons.

 
Bij de SK Winners Avslutningstävling 2025 in het Zweedse Örebro noteer ik de volgende bijzondere resultaten;

10.000 meter dames:
1. Elin Fryckberg 17.49.01
2. Lova Nyström Eliasson 18.32.49 (PR)
3. Nikie Hallenberg 21.59.14 (PR)

De 28-jarige Fryckberg (500 PR van 45.02) rijdt hiermee de 10e seizoentijd. De 20-jarige Nyström Eliasson (500 PR van 45.02) is goed voor de 15e seizoentijd en de 30-jarige Hallenberg (500 PR van 45.09) klokt de 24e seizoentijd. Tamelijk bizar dat Fryckberg en Nyström Eliasson exact hetzelfde PR op de 500 meter hebben staan. En Hallenberg zit daar ook maar 0.07 achter. En 21 minuten doen over een 10 kilometer ... is dat bijzonder? Nou, de langzaamste twee 10 kilometers staan dit seizoen op naam van de Noorse Vilma Fossum en de eveneens Noorse Hedda Isaksen Husøy. Die reden respectievelijk 23.59.79 en 25.13.72. Dat zijn nog eens tijden! Wat deze resultaten nog extremer maakt, is dat Fossum pas 12 jaar is en Isaksen Husøy al 14 lentes telt. Ere wie ere toekomt; de Nederlandse Anne Meijer (24) heeft met 16.47.36 de snelste 10km van het seizoen gereden. Daarmee komt Meijer op de eeuwige ranglijst nu op plek 67 te staan. Daarmee verdringt ze Bjørg Eva Jensen naar plek 69.

3000 heren:
1. Sebastian Forsmark 4.26.94
2. Johan Röjler 4.37.59

Ok, de oud wereldkampioen junioren rijdt weer eens wedstrijd. Op zich niet zo bijzonder. Dat doet ie wel vaker.

10.000 heren:
1. Gustav Arnell 15.27.13
2. David Andersson 16.52.78
3. Erik Wetterdal 16.56.58

Dat de 31-jarige David Andersson weer eens een paar schaatsen aan heeft gedaan, is wel bijzonder. Ok, hij reed dit seizoen in november al een Massa Start in Karlstad en in januari dook ie ook al op bij de clubkampioenschappen in Trollhättan. Vergeef me dat het me niet was opgevallen. Dit waren wel zijn eerste wedstrijden sinds de WB in Erfurt in januari 2018. Voor degene die Andersson na zijn afwezigheid van 7 jaar niet (meer) kennen, volgt een klein overzicht van zijn carrière op het ijs.

Hij was ooit 4e bij het WK Junioren in 2012, reed 2x een Zweeds record op de 1000 meter en heeft dat nu al 9 jaar in zijn bezit. Hij startte 5x op een EK en werd na zijn debuut als A2 junior (18e) bij zijn tweede deelname in een veld van 31 netjes 17e. Het jaar daarop pakte hij met 36.27 de tweede plek op de 500 meter, maar zakte ie op de 5km volledig door de ondergrens door met 7.19.90 laatste te worden. Dat was op meer dan 22 seconde van Viktor Hald Thorup die daar pas net kwam kijken en een-na-laatste werd.

In 2014 eindigde hij als 20-jarige als 38e op de 1000 en 1500 meter bij de Spelen in Sochi. Zijn beste resultaat haalde hij in 2016 toen hij bij het WK Afstanden 12e werd op de 1500 meter. In dat seizoen reed hij ook eenmaal een 1500 meter in de A-groep, nadat ie in Heerenveen middels een destijds keurige 1.48.25 gepromoveerd was. Hij klopte die dag de generatiegenoten Giovannini en Tumolero en de nog flink aan de weg timmerende Marten Liiv reed die dag bijvoorbeeld 1.50.14. Maar de ene carrière is de andere niet. Na het niet halen van de Spelen in 2018 stopte deze Zweed. Hij was toen nog net geen 24 jaar oud.
 
Laatst bewerkt:
Bij de SK Winners Avslutningstävling 2025 in het Zweedse Örebro noteer ik de volgende bijzondere resultaten;

10.000 meter dames:
1. Elin Fryckberg 17.49.01
2. Lova Nyström Eliasson 18.32.49 (PR)
3. Nikie Hallenberg 21.59.14 (PR)

De 28-jarige Fryckberg (500 PR van 45.02) rijdt hiermee de 10e seizoentijd. De 20-jarige Nyström Eliasson (500 PR van 45.02) is goed voor de 15e seizoentijd en de 30-jarige Hallenberg (500 PR van 45.09) klokt de 24e seizoentijd. Tamelijk bizar dat Fryckberg en Nyström Eliasson exact hetzelfde PR op de 500 meter hebben staan. En Hallenberg zit daar ook maar 0.07 achter. En 21 minuten doen over een 10 kilometer ... is dat bijzonder? Nou, de langzaamste twee 10 kilometers staan dit seizoen op naam van de Noorse Vilma Fossum en de eveneens Noorse Hedda Isaksen Husøy. Die reden respectievelijk 23.59.79 en 25.13.72. Dat zijn nog eens tijden! Wat deze resultaten nog extremer maakt, is dat Fossum pas 12 jaar is en Isaksen Husøy al 14 lentes telt. Ere wie ere toekomt; de Nederlandse Anne Meijer (24) heeft met 16.47.36 de snelste 10km van het seizoen gereden. Daarmee komt Meijer op de eeuwige ranglijst nu op plek 67 te staan. Daarmee verdringt ze Bjørg Eva Jensen naar plek 69.

3000 heren:
1. Sebastian Forsmark 4.26.94
2. Johan Röjler 4.37.59

Ok, de oud wereldkampioen junioren rijdt weer eens wedstrijd. Op zich niet zo bijzonder. Dat doet ie wel vaker.

10.000 heren:
1. Gustav Arnell 15.27.13
2. David Andersson 16.52.78
3. Erik Wetterdal 16.56.58

Dat de 31-jarige David Andersson weer eens een paar schaatsen aan heeft gedaan, is wel bijzonder. Ok, hij reed dit seizoen in november al een Massa Start in Karlstad en in januari dook ie ook al op bij de clubkampioenschappen in Trollhättan. Vergeef me dat het me niet was opgevallen. Dit waren wel zijn eerste wedstrijden sinds de WB in Erfurt in januari 2018. Voor degene die Andersson na zijn afwezigheid van 7 jaar niet (meer) kennen, volgt een klein overzicht van zijn carrière op het ijs.

Hij was ooit 4e bij het WK Junioren in 2012, reed 2x een Zweeds record op de 1000 meter en heeft dat nu al 9 jaar in zijn bezit. Hij startte 5x op een EK en werd na zijn debuut als A2 junior (18e) bij zijn tweede deelname in een veld van 31 netjes 17e. Het jaar daarop pakte hij met 36.27 de tweede plek op de 500 meter, maar zakte ie op de 5km volledig door de ondergrens door met 7.19.90 laatste te worden. Dat was op meer dan 22 seconde van Viktor Hald Thorup die daar pas net kwam kijken en een-na-laatste werd.

In 2014 eindigde hij als 20-jarige als 38e op de 1000 en 1500 meter bij de Spelen in Sochi. Zijn beste resultaat haalde hij in 2016 toen hij bij het WK Afstanden 12e werd op de 1500 meter. In dat seizoen reed hij ook eenmaal een 1500 meter in de A-groep, nadat ie in Heerenveen middels een destijds keurige 1.48.25 gepromoveerd was. Hij klopte die dag de generatiegenoten Giovannini en Tumolero en de nog flink aan de weg timmerende Marten Liiv reed die dag bijvoorbeeld 1.50.14. Maar de ene carrière is de andere niet. Na het niet halen van de Spelen in 2018 stopte deze Zweed. Hij was toen nog net geen 24 jaar oud.
Ah, Bjørn Eva Jensen, net als haar tegenstander Beth Heiden van die tijd later ook een goede wielrenster.
En Örebro, waar Eric Heiden nog wat baanrecords op de inmiddels gesloten natuurijs buitenbaan heeft staan.
 
Bij de SK Winners Avslutningstävling 2025 in het Zweedse Örebro noteer ik de volgende bijzondere resultaten;

10.000 meter dames:
1. Elin Fryckberg 17.49.01
2. Lova Nyström Eliasson 18.32.49 (PR)
3. Nikie Hallenberg 21.59.14 (PR)

De 28-jarige Fryckberg (500 PR van 45.02) rijdt hiermee de 10e seizoentijd. De 20-jarige Nyström Eliasson (500 PR van 45.02) is goed voor de 15e seizoentijd en de 30-jarige Hallenberg (500 PR van 45.09) klokt de 24e seizoentijd. Tamelijk bizar dat Fryckberg en Nyström Eliasson exact hetzelfde PR op de 500 meter hebben staan. En Hallenberg zit daar ook maar 0.07 achter. En 21 minuten doen over een 10 kilometer ... is dat bijzonder? Nou, de langzaamste twee 10 kilometers staan dit seizoen op naam van de Noorse Vilma Fossum en de eveneens Noorse Hedda Isaksen Husøy. Die reden respectievelijk 23.59.79 en 25.13.72. Dat zijn nog eens tijden! Wat deze resultaten nog extremer maakt, is dat Fossum pas 12 jaar is en Isaksen Husøy al 14 lentes telt. Ere wie ere toekomt; de Nederlandse Anne Meijer (24) heeft met 16.47.36 de snelste 10km van het seizoen gereden. Daarmee komt Meijer op de eeuwige ranglijst nu op plek 67 te staan. Daarmee verdringt ze Bjørg Eva Jensen naar plek 69.

3000 heren:
1. Sebastian Forsmark 4.26.94
2. Johan Röjler 4.37.59

Ok, de oud wereldkampioen junioren rijdt weer eens wedstrijd. Op zich niet zo bijzonder. Dat doet ie wel vaker.

10.000 heren:
1. Gustav Arnell 15.27.13
2. David Andersson 16.52.78
3. Erik Wetterdal 16.56.58

Dat de 31-jarige David Andersson weer eens een paar schaatsen aan heeft gedaan, is wel bijzonder. Ok, hij reed dit seizoen in november al een Massa Start in Karlstad en in januari dook ie ook al op bij de clubkampioenschappen in Trollhättan. Vergeef me dat het me niet was opgevallen. Dit waren wel zijn eerste wedstrijden sinds de WB in Erfurt in januari 2018. Voor degene die Andersson na zijn afwezigheid van 7 jaar niet (meer) kennen, volgt een klein overzicht van zijn carrière op het ijs.

Hij was ooit 4e bij het WK Junioren in 2012, reed 2x een Zweeds record op de 1000 meter en heeft dat nu al 9 jaar in zijn bezit. Hij startte 5x op een EK en werd na zijn debuut als A2 junior (18e) bij zijn tweede deelname in een veld van 31 netjes 17e. Het jaar daarop pakte hij met 36.27 de tweede plek op de 500 meter, maar zakte ie op de 5km volledig door de ondergrens door met 7.19.90 laatste te worden. Dat was op meer dan 22 seconde van Viktor Hald Thorup die daar pas net kwam kijken en een-na-laatste werd.

In 2014 eindigde hij als 20-jarige als 38e op de 1000 en 1500 meter bij de Spelen in Sochi. Zijn beste resultaat haalde hij in 2016 toen hij bij het WK Afstanden 12e werd op de 1500 meter. In dat seizoen reed hij ook eenmaal een 1500 meter in de A-groep, nadat ie in Heerenveen middels een destijds keurige 1.48.25 gepromoveerd was. Hij klopte die dag de generatiegenoten Giovannini en Tumolero en de nog flink aan de weg timmerende Marten Liiv reed die dag bijvoorbeeld 1.50.14. Maar de ene carrière is de andere niet. Na het niet halen van de Spelen in 2018 stopte deze Zweed. Hij was toen nog net geen 24 jaar oud.
Andersson rijdt nog niet zo hard op de lange afstanden, maar hij reed wel 24.50 op de 3000 meter, tegenover 24.90 van Sebastian Forsmark. Dat vind ik hoogst opvallend, want Forsmark heeft dit seizoen 35.88 (PR) gereden, een wereldbekerlimiet, en Andersson verslaat hem dus ruim.
Wat zegt dat over de kwaliteiten van Andersson? Hij heeft zelf 35.44 staan, dus als hij Forsmark met vier tienden kan verslaan... en een keer in Inzell kan rijden... ja, dan...
 
En dan rijden ze in Heerenveen bij masterswedstrijden nog 2 Sloveense records op 500 en 1000 meter. En nog een Boliviaans record op de 5000 meter, net boven de 10 minuten. Wat nog best knap is voor de 67-jarige emigrant Erik Nijland.
 
Back
Top