Subtiel overstappen in de bocht

Geen goede oefening imo, omdat je dan inderdaad te snel te veel druk op rechts zet en je linkerbeen lafjes naar achteren wegloopt.

In dit filmpje kan je heel goed zien hoe er over gestapt moet worden. Mooie beelden van de zijkant. Ik kan nu wel een heel verhaal houden over voorlangs laten glijden, houding van de heupen en de schouders, maar laten we het gewoon simpel houden. Overstappen zoals in het filmpje!
http://www.schaatsen.nl/videos/play/2128351-de-boeiende-warming-up-van-de-shorttrackers

Tering wat een hoeken , die shorttrachkers!
Anyway, als je op links door de bocht glijdt,druk houden en onder je door af blijven zetten,als je met rechts voorlangs komt en plaatst , dan pas links lossen, dus niet te vroeg en niet te snel. je plaatst naar de ideale lijn toe telkens met beide schaatsen, terwijl de punten excentrisch naar buiten wijzen , en tijdens de afzet ( continu, dus) van de ideale lijn weglopen naar buiten , dan zijn de overstappen zeg maar t traplopen steeds een stap naar binnen toe, zonder dat de punten van de schaatsen naar binnen sturen.

Voorlangs kruisen van de rechterschaats leidt niet tot een goede bochtentechniek maar wordt mogelijk als de bochtentechniek in wezen al goed wordt uitgevoerd. En je moet zeker daarbij geen druk op de schaats uitoefenen omdat in die fase de druk van je linkerbeen moet komen. Door met je rechterbeen te duwen bereik je twee je twee dingen: de druk wordt van je linkerbeen af genomen én door de stand van de rechterschaats naar binnen rem je de voorwaartse beweging af. In het topic "De waarheid over DP(double push)" is meer informatie te vinden over negatieve, dus tegenwerkende, effecten als je de schaats naar binnen draait.

Bedankt voor jullie reacties! Geen goede manier om de bocht te trainen dus. Kan deze oefening gebruiken voor mijn balans te trainen,voor de bocht ga ik aan de slag met jullie adviezen.

@eveen
Ik heb een plaatje gemaakt voor de beweging in de bocht. Het is schematisch en van de bovenkant gezien.

De afzetbanen van linker en rechter schaats zijn rechte lijnen. Als je naar deze video van Jan Bos kijkt dan kun je dat bij hem ook zien.

[youtube]https://www.youtube.com/watch?v=nDBFTAiEon4[/youtube]

Bij de inzet van de afzet bevindt het afzetpunt zich altijd rechts van het zwaartepunt, want alleen zo kan je je zwaartepunt naar binnen duwen. In de volgende afbeelding zie je alle krachten die een rol spelen bij het schaatsen van een bocht. Het zijn er opvallend weinig nl. de ijskracht en de zwaartekracht. Je eigen spierkracht is niet weergegeven omdat die niet op jezelf wordt uitgeoefend maar op het ijs. Als het ijs geen kracht "terug" geeft, bijvoorbeeld omdat je schaatsen niet scherp zijn, dan wordt je lichaam ook niet naar binnen gestuurd. De ijskracht doet eigenlijk twee dingen: het duwt je naar binnen en het duwt je omhoog. Omdat het omhoog duwt val je niet naar beneden. Wat er overblijft is een horizontale werking van deze twee krachten samen: de afzetkracht.

Als de schaatsster recht boven haar been zou staan dan is er geen afzetkracht en het zwaartepunt blijft dus boven het been. In het bovenste plaatje zijn namelijk de beweging van het zwaartepunt en van de afzetschaats in dezelfde richting. Je zou het nog kunnen oplossen door de schaats bewust naar rechts te sturen. Maar de afzet duurt dan meestal te lang en er vindt niet meteen een krachtige afzet plaats. Dus is het fout eerst balans met je linker been te zoeken en boven je been gaan staan. Daardoor ga je in het begin van de 'afzet' gewoon recht door. Het advies: schouder boven je afzetbeen heeft alleen zin als het de afzet met links betreft en als je de RECHTER schouder boven je linker been brengt.

@walrus Bedankt voor deze duidelijke en goed uitbeeldende uitleg! Ik ga volgende week nog een keer met alle tips aan de slag en hoop dat ik een gedeelte van de theorie in praktijk kan omzetten.

@eveen
Je hebt misschien al gekeken bij het topic : Schouder in de bocht. Zo niet dan moet je daar zeker ook eens gaan kijken. Daar staat ook een heleboel informatie over het rijden van een bocht.
Succes met je uitprobeersels.

@walrus,
weer hele mooie bijdrage!
Ps ik heb je een pb gestuurd over de begrippen uit de golfsport, kijk svp op het gebruikerspaneel voor de post!
Groeten bart!

Leuke oefening. Schaats naar de bocht, ga op je linker schaats staan en til je rechter schaats op (liefst naar voren want dan zit je gewicht achterop). Dat gaat alleen als je lichaamszwaartepunt (LZP) boven je linker schaats staat. Dat bereik je door je billen naar de binnenbaan te draaien. En dan glij je zo lang mogelijk op die linker schaats door. Door dan iets naar links van je schaats te vallen, krijg je druk en kan je afzetten. Bij de meeste beginners zie je dat ze denken onvoldoende op hun linker been te kunnen vertrouwen. Daarom deze oefening.

Als je sneller gaat, moet je wel gaan hangen, omdat je anders over je linker been naar buiten valt. Dat is inderdaad het gevolg van je snelheid.

En als je met links gaat afzetten doe je dat (natuurlijk) met je hak en met 'je kleine teen'. Met rechts doe je dat (natuurlijk) met je hak en met de bal van je voet. Je LZP blijft eigenlijk de hele tijd links van de schaats waar je op staat. Op die manier staan je ijzers afwisselend scheef iets op het ijs. Dat moet ook voor het afzetten. Hoe sneller, des te meer gaat je LZP naar links. Dat wordt dus 'hangen'.

Als het allemaal een beetje lukt: schaats langzaam naar de start van de 3.000 meter (vlak voor de bocht) maak de laatste 30 meter van het rechte eind een beetje snelheid en probeer in de bocht snelheid te maken. Na de bocht: overeind, 270 meter uitrijden, en nog een keer. En nog een keer. Denk na hoe het ging. En dan nog een keer.

Succes