Nee, dit was bij volstrekt windstil weer.
Ziehier ook mijn grootste kritiek tegen al die windtunneltesten: het is nooit windstil.
Het effect is dus nog groter of kleiner, al naar gelang de omstandigheden.
Dergelijk fundamenteel onderzoek moet dus nog degelijk worden aangepast naar de omstandigheden, maar het wordt teveel als toegepast onderzoek gezien.
Neem ook de windtunneltesten van de tijdrit: echt veel te grove aannames.
Iedereen die wel eens in een peloton fietst herkent trouwens het enorme verschil. ga alleen maar eens kijken bij een koers, de laatsten nemen gewoon een koude wind mee.
Hetzelfde zien we trouwens bij de motoren die voor de koers, nou ja, uit rijden.
Jaja telelens, het zal wel. Ze rijden hooguit 20-30 meter voor de vluchters uit. Juist de schaatsfans weten dan hoe enorm dat verschil is: bij iedere kruising gaat een hele dunne, strakgeklede schaatser over een stukje van nog geen 60 meter eventjes 15-20 meter voor de andere schaatser uit rijden, en de rondetijd scheelt 1,2 tienden.
Wat dan als een zwaargebouwde motorrijder plus motor plus passagier plus grote camera plus dikke kleding plus helmen plus tassen kilometers lang voor een kopgroep uit rijdt? Dat moeten seconden per kilometer zijn.
Dan even naar het onderzoek.
"Blocken: ‘Dit zou mede een verklaring kunnen zijn voor het feit dat renners tegenwoordig zo lastig weg kunnen blijven uit het peloton."
Hoezo? Scheelde het vroeger geen 95% dan? Omdat toen aangenomen werd dat het niet zó veel zou schelen, betekent nog niet dat het toen ook niet zó veel scheelde!
"Nu uit dit onderzoek blijkt dat de renners in de groep nog meer energie over hebben dan altijd werd gedacht, moeten de strijdplannen misschien op de schop en moet een aanval wellicht (nog) later in de koers worden geplaatst."
Opnieuw trekt men een veel te grote koersbroek aan. Ploegleiders wisten al lang dat wanneer je te vroeg aanvalt, je teruggepakt wordt. Maar je moet juist vroeg openen om de koers hard te maken, en dus pionnen offeren voor een kopman.
Tegenwoordig rijden veel renners met een vermogensmeter. Zeker in de niet-topwedstrijden doen zij dat. Die data worden allemaal doorgeseind naar de wagen en opgeslagen.
Een eenvoudig meetmoment van een renner op kop vergeleken met een ploegmaat in het peloton zou deze hele dure windtunneltest in één klap overbodig maken, en tevens wél allemaal randzaken als zijwind, grootte van de groep, etc meenemen.