Bij de finale van de dames 5 rondes boven de 40. Dat houd een goede recreant ook nog wel makkelijk bij.
Slecht weekend voor Femke Kok. Werk aan de winkel voor volgend seizoen, ze begint een beetje te stagneren in haar ontwikkeling.
We vonden het misschien saai, maar het was wel een mooi internationaal weekend met gouden medailles voor maar liefst 8 landen. Opvallend ook dat 8 van de 12 landen met een medaille in Europa liggen. Geen prijzen voor China en Kazachstan, zoals eerder dit jaar wel het geval was. En gelukkig een medaille voor Polen.
Dat is niet heel bijzonder. 16 van de 25 snelste landen op de 500 meter zijn Europees, en dat is bijna hetzelfde percentage. Goed, Rusland en Wit-Rusland zijn er niet dus het is iets specialer, maar dit laat vooral goed zien hoe Europees het schaatsen is.
Los van eventuele correctiemodellen gebruik ik een soort ezelsbruggetje om tijden van een baan als Tomaszów naar een "normale" laaglandbaan om te rekenen. Dus niet Heerenveen, maar Hamar of Astana of Berlijn of zo. Of het oude Thialf. Het is de 3-4-5-6-7-8-regel. Ik leg hem even uit. Als je goed bent in hoofdrekenen, lukt dit wel zonder rekenmachine. Op de 500m trek je 3 tiende punt van de tijd af, dus 0,3 sec Op de 1000m trek je 4 tiende punt van de tijd af, dus 0,8 sec Op de 1500m trek je 5 tiende punt van de tijd af, dus 1,5 sec Op de 3000m trek je 6 tiende punt van de tijd af, dus 3,6 sec (of 4,0 sec voor het gemak) Op de 5000m trek je 7 tiende punt van de tijd af, dus 7,0 sec Op de 10000m trek je 8 tiende punt van de tijd af, dus 16,0 sec Voor dit weekend krijg je dan als winnende tijden: 500m 34,48 Wataru Morishige 1000m 1.08,44 Hein Otterspeer 1500m 1.45,21 Kjeld Nuis 5000m 6.10,45 Davide Ghiotto 500m 37,60 Min-sun Kim 1000m 1.15,20 Kimi Goetz 1500m 1.55,27 Marijke Groenewoud 5000m 4.02,36 Ragne Wiklund
De hypothetische baanrecords van Tomasnel Mazoefwiecki zijn dan: 500m 33,96 Tingyu Gao 1000m 1.07,87 Hein Otterspeer 1500m 1.44,26 Thomas Krol 5000m 6.08,56 Nils van der Poel 10000m 12.58,95 Jorrit Bergsma 500m 37,25 Erin Jackson 1000m 1.13,98 Brittany Bowe 1500m 1.54,50 Miho Takagi 3000m 4.00,40 Irene Schouten 5000m 6.58,18 Esmee Visser Dit geeft nog maar eens aan hoe bizar goed Gao en Van der Poel wel niet waren en dat de lange afstanden in december 2018 erg traag gingen.
@EenBrabander: leuke vuistregels. Het verschil tussen de 500 en 1000m zal wel wat groter zijn. Op de 500m maakt brak ijs heel weinig uit omdat de rijders de hele race kunnen rammen. Bij de 1000m heb je al één ronde waar men serieus moet glijden.
Daar ben ik het wel mee eens SprintMaster. — Leuk interview met Hein Otterspeer trouwens. Hij wil volgende week rijden om de World Cup-eindprijs te winnen. Niks niet afzeggen, gewoon rijden, ook al is het ijs slechter dan op de weidensee. Mooi hoor!
In een ander topic gemeld, wil ik op deze in gaan: In de uitzending kwam aan bod dat het s'ochtends in de hal iets warmer was. Michel Mulder had het over 12 graden in de middag. Op de ISU site geven ze de volgende gegevens: Zo te zien viel dat verschil in temperatuur heel erg mee, hooguit 0.7 graden. Ook de ijstemperatuur scheelde hooguit 0.4 graden. Dat kan het verschil van 0.3 seconden tussen Dijs en Otterspeer maar voor een klein deel verklaren. Maar wat dan wel? Dijs reed in de ochtend tegen Galiyev waar hij in de binnenbaan startte. Dit zijn de rondetijden. Te zien is dat Galiyev sneller starter en een hele goede eerste kruising had en na 600m 0.21 sec voor ligt op Dijs. Op de laatste kruising kan Dijs naar de Kazach toerijden wat een enorm voordeel is. Je ziet dat zijn verval ook maar 1.20 seconden is! Nuis had een verval van 1.75 sec. en was daarop de beste in de A groep. Daar zal het grote verschil dus in hebben gezeten. Ik denk dat Dijs met een soortgelijke rit in de A groep ook zou hebben gewonnen. Overigens maakte Otterspeer nog een flinke misslag.
Dijs is natuurlijk ook geen misselijke schaatser, en een 1500 meter man als hij kan goed uit de voeten op dit ijs op de 1000 meter. Tel daar de voordelen die sprintmaster noemde bij op en het is wel te verklaren.
We tellen in de wereldbeker schaatsen altijd de punten per afstand bij elkaar op om de winnaar in het klassement te bepalen. Maar wat gebeurt er als je niet de punten per afstand, maar de punten per wedstrijdweekend bij elkaar optelt? Nou, dit. Ik heb de klassieke afstanden en de massastart meegerekend – bij de massastart alleen de punten die schaatsers in de finale hebben verdiend. De ploegenachtervolging en de teamsprint tellen hier niet mee. Wereldbeker 1, Stavanger 1. Ivanie Blondin, 168 2. Miho Takagi, 156 3. Marijke Groenewoud en Jutta Leerdam, 145 Wereldbeker 2, Heerenveen 1. Ivanie Blondin, 159 2. Jutta Leerdam, 142 3. Marijke Groenewoud. 140 Wereldbeker 3, Calgary 1. Jutta Leerdam, 144 2. Antoinette Rijpma-de Jong, 136 3. Marijke Groenewoud, 133 Wereldbeker 4, Calgary 1. Miho Takagi, 200 2. Ivanie Blondin, 180 3. Irene Schouten, 144 Wereldbeker 5, Tomaszów-Mazowiecki 1. Marijke Groenewoud, 168 2. Ivanie Blondin, 154 3. Kimi Goetz, 146 Ik had Wiklund hier wel verwacht, maar zij rijdt meestal twee afstanden per weekend, en daarmee kun je maximaal 120 punten halen. Het laagste aantal waarmee je top-3 haalt bij de vrouwen is 133 en daarvoor moet je een combi van drie afstanden rijden, zoals 500/1000/1500, 1000/1500/lange afstand of 1500/lange afstand/massastart. En de mannen: Wereldbeker 1, Stavanger 1. Jordan Stolz, 160 2. Bart Swings, 110 3. Laurent Dubreuil, 108 Wereldbeker 2, Heerenveen 1. Connor Howe, 152 2. Bart Swings, 111 3. Zhongyan Ning, 109 Wereldbeker 3, Calgary 1. Jordan Stolz, 121 2. Laurent Dubreuil, 114 3. Bart Swings, 105 Wereldbeker 4, Calgary 1. Jordan Stolz, 168 2. Bart Swings, 130 3. Connor Howe, 126 Wereldbeker 5, Tomaszów-Mazowiecki 1. Bart Swings, 130 2. Kjeld Nuis, 114 3. Hein Otterspeer, 103 Hier zie je heel veel Swings en heel weinig Nederlanders. Stolz wint 3x. Dit zijn wel interessante klassementjes mocht je echt één winnaar van het wereldbekerweekend per geslacht willen aanwijzen. Al zou de puntentelling dan wel op de schop moeten, want laatste worden in de A-groep levert toch mooi 21 punten op. Of juist niet, want dan stimuleer je schaatsers om veel afstanden te rijden. Als er een flinke prijs aan vast zit en het goed in de spotlights wordt gezet (in tegenstelling tot de Grand World Cup), willen schaatsers dat vast proberen. Het levert de mensen die de Nederlandse selectiecriteria bedenken vast ook nóg meer hoofdbrekens op, maar dat is alleen maar mooi! Dan hebben wij meer om over te discussiëren hier op het forum! Win-win situatie.