Olympisch kwalificatietoernooi 26 t/m 30 december 2017

Dat lijkt me een juiste constatering. Als Roest, De Vries, Bergsma en Ter Mors de ploegenachtervolging willen gaan rijden, zullen ze zich in ieder geval voor een individuele afstand moeten plaatsen.

Verder was ik wel verrast dat de 3e positie 5000 meter helemaal onderaan staat. Dat betekent dat Kooiman op de 5000 meter eigenlijk top 2 moet rijden voor plaatsing. Bij een derde plaats is de kans groot dat hij eruit wordt gezet door de matrix of een TP-rijder.

De matrices:








Bij de dames is het niet heel spannend, zoals door meerdere reeds geschreven zullen normaal gesproken alle toppers meerdere afstanden rijden en is er qua quotum dus geen gevaar voor medaillekandidaten. Voor het gevoel is de MS-plek enigszins aan de hoge kant, Irene Schouten viel op het WK en was dit jaar 11e en 12e in de WC. Ensing met een 10e plek en vd Weijden met een 15e deden het niet heel beter. De 1e vrouw op de 5km lijkt beter te hebben gepresteerd, maar het zal wel kloppen, want er zitten berekeningen aan vast.
Sowieso is het lood om oud ijzer, want ze staan allebei in de top 10. De 500m staat terecht helemaal onderaan, behalve een Ter Mors in supervorm heeft Nederland er niets te zoeken.


Bij de heren valt de lage plek van de 3e op de 5km op. Dat was 4 jaar geleden wel anders.
Het kan derhalve spannend worden voor Douwe de Vries/Patrick Roest/Jan Blokhuijsen (met aanwijzing TP).

In het niet onwaarschijnlijke scenario zijn er 10 plekken bezet zonder de 3e op de 5km!

500 meter: 3 van de 4, Smeekens, R. Mulder, M. Mulder, Ntab
1000 meter: 3 van de 4 ,Verbij, Nuis, Verweij, Otterspeer
1500meter: Krol (1 of 2) en 2 van de 3, Nuis, Verweij, Kramer
5000m: 1/2 Kramer/Bergsma
10000m : 1/2 Kramer/Kooiman

Behalve voor Douwe de Vries/Patrick Roest/Jan Blokhuijsen zou dit ook voor de TP redelijk funest zijn.

Het trio (en de bondscoach) is dus afhankelijk van een mogelijke dubbels van:

Verbij (500 en 1000)
Otterspeer (500 en en 1000)
Bergsma of Kooiman (5000 of 10000)

Lijkt mij toch wel even nagelbijten!

Matrices zijn ook in PDF toegevoegd:

Helemaal duidelijk!
Jammer dat de KNSB het zichzelf zo moeilijk maakt met deze procedure. Stel dat bovenstaande gebeurt en Roest of De Vries wordt 3e in 6.13 en Blokhuijsen 5e in 6.17, dan zal het flink raar aanvoelen. Naderhand aanwijzen zorgt natuurlijk ook voor discussie, maar je hebt dan wel hardere criteria.

Voor de duidelijkheid nog even de link naar de officiële regelgeving:
https://www.schaatsen.nl/media/3145...angebaan-os-2018-versie-def-29-maart-2017.pdf

Merk op dat het gaat om aanwijsschaatsers en niet aanwijsplekken. Een aanwijsschaatser kan op meerdere afstanden worden ingezet. Theoretisch kan de SCL dus 3 rijders aanwijzen die alle afstanden gaan rijden waarmee de uitslag van het OKT irrelevant is geworden! Ok, dat gaat uiteraard nooit gebeuren, maar het geeft wel aan dat vantevoren niemand echt zeker is van plaatsing, zelfs als je bovenaan de selectievolgorde staat op het OKT.

Tweede aandachtspunt qua theoretische scenarios: een skate-off is mogelijk indien schaatsers in duizendsten gelijk rijden!

Kortom, het wordt weer smullen op het OKT.

Dan denk ik niet dat Blokhuijsen naar de spelen gaat, maar de Vries of Roest.

Wat ik mij nog wel afvraag, wat als er drie TP schaatsers zich hebben geplaatst, maar er is geen geschikte 4e die zich heeft geplaatst.

Ik heb van het weekend ook wat zitten klooien met de matrices. En ik moet zeggen dat de uitkomsten niet erg robuust waren. Het hing sterk af van de keuzes die ik maakte (wel of niet resultaten in B-groepen meetellen, welke resultaten zijn uitbijters en nemen we dus niet mee, gaan we uit van individuele personen of van NED-1, NED-2, NED-3, wel of niet Russen meenemen, gaat het om de kans op goud of de kans op een medaille) wat de uiteindelijke volgorde werd.
Je ziet het bijvoorbeeld ook in de matrices die SprintMasters berekende (met zijn eigen keuzes op bovenstaande zaken). Daar zag je al dat het sterk uitmaakt of het gaat om de kans op goud of de kans op een medaille, of een mix daarvan.
In mijn herinnering was het 4 jaar geleden een stuk helderder allemaal.

Maar goed, er is nu een selectievolgorde, en daar gaan we het gewoon mee doen. En misschien is het allemaal helemaal niet nodig...

Dat eerste kan niet als de nummer 3 van de matrix niet in de top 10 van schaatsers zit, denk ik...


Die nummer 4 is niet noodzakelijk, je kunt ook 3x de beste 3 opstellen.

Now I'm lost!

In een eerdere post gaf je aan dat alleen Blokuijsen aangewezen kon worden:

"Dat zijn geen overbodige aanwijzingen, want als alleen Verweij en Kramer zich individueel zouden plaatsen en verder zou Nuis er nog bij komen op de 1500" m en Kooiman op de 5 en 10 km. Dan heb je geen volledig TP team. Dan mag dus ALLEEN Blokhuijsen worden aangewezen voor die plek en dus niet de Vries, Roest, Bergsma, etc."

Het aanwijzen van de Vries of Roest voor de TP kan wel of niet. Als het wel kan is de aanwijzing van vandaag voor de TP overbodig in het andere geval is het een heel belangrijke aanwijzing.

Is de basis voor de berekening ook bekend gemaakt, het zou mooi zijn als de matrix is te controleren voor de verschillende schaatsteams en voor cijferfreaks al wij

Volgens mij is het zo, dat als Roest zich niet individueel plaatst, hij ook geen aanwijsplek krijgt om een TP-team te kunnen formeren. In tegenstelling tot Blokhuijsen, Als er geen goed TP-team te vormen is en Blokhuijsen zich niet individueel plaatst, kan hij toch een aanwijsplek krijgen.
Als Roest zich wel individueel plaatst en Blokhuijsen niet, dan kan Roest de TP gaan rijden (als de bondscoach Roest capabel daartoe acht), en valt Blokhuijsen er buiten.

De Vries en Roest kunnen de TP rijden als ze zich individueel plaatsen. Blokhuijsen kan zich niet plaatsen en dan alsnog aangewezen worden voor de TP als er geen 3 goede rijders daarvoor zijn.

Noch van Beek

Dat laatste is natuurlijk grote onzin. Maar er is ook nog zoiets als een top 8 NOC eis waar sporters in staat moeten zijn om aan te voldoen. Om geen precedent te scheppen zal het NOC daar streng aan vasthouden. En ik zien in Leerdam en andere 500m rijdsters niemand die een reëele kans op een top 8 plaats heeft.
Er zijn in het verleden sporters genoeg voor thuis moeten blijven omdat ze die eis net niet haalden.

https://www.nocnsf.nl/cms/streambin.aspx?documentid=9529

Het NOC-NSF stelt behalve de eissen van de ISU. Omdat het NOC-NSF vind dat er sprake is van een hoge prestatiedichtheis bij het schaatsen in Nederland.

Heb ik iets gemist? Welke grootse prestaties heeft Koen Verweij op de massastart geleverd? Wat heeft hij daarop laten zien wat Jorrit Bergsma en Arjan Stroetinga niet hebben gepresteerd?

Als een jong talent als Jutta Leerdam op de 500m nipt achter bijvoorbeeld de oudere Anice Das of Letitia de Jong eindigt, zou ik liever Jutta Leerdam naar de OS sturen. Een onbetaalbare ervaring voor een toptalent. Dat terwijl we van haar oudere concurrentes weten dat die nooit een rol van betekenis gaan spelen op de OS. Jutta Leerdam is ook een betere reserve voor op de 1000m.

Koen Verweij zal het ook met me eens zijn. Ireen Wust denkt er vast anders over.

Nee, die eis is er in het schaatsen dus niet. En dus is het wel behoorlijk gemeen om een schaatster die zich geplaatst heeft naderhand nog te vertellen: nee, sorry, we hebben geen zin om je mee te nemen omdat je wel eens buiten de top 15/20 zou kunnen rijden. Daar train je dan voor... Dan had de minimumeis om als plek in de matrix te komen begin van dit jaar al moeten worden gecommuniceerd.

Verweij heeft dit seizoen een paar goede massastarts gereden waarin hij liet zien met de top mee te kunnen, dat hebben Bergsma en Stroetinga niet.

Mwoa, of dit zo is wat voorbarig. Voorbeelden te over van laatbloeiers, wat kan zijn door: latere volgroeidheid van lichaam, eindelijk toegang tot goede coaching/trainingsmogelijkheden, niet eerder 100% kunnen focussen op sport, etc.

Als ik kijk naar de tijd van De Jong op de 1000m in Calgary met haar 24 jaar, dan durf ik iig niet de weddenschap aan dat ze nooit een rol van betekenis kan gaan spelen op de OS.

Letitia de Jong is misschien geen goed voorbeeld. Anice Das, Floor van den Brandt en Mayon Kuipers zijn qua leeftijd wellicht betere voorbeelden.

Ja, Letitia de Jong valt voor mij in de categorie talent, zeker niet in de categorie 'oudere schaatster'. Kijk wat een progressie die de afgelopen 2 jr heeft gemaakt.